Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Eerste Inbedrijfstelling Na Buitengebruikstelling; Koelsysteem; De Compressor Demonteren; Elektrische Bijverwarming - Kaysun KEM-HT-75 DRS5 Installatiehandleiding

Inhoudsopgave

Advertenties

11.7 Eerste inbedrijfstelling na buiten-
gebruikstelling
De volgende voorbereidingen moeten worden getroffen om de
unit na een langdurige buitengebruikstelling weer in bedrijf te
stellen:
1) Controleer en reinig de unit grondig.
2) Reinig het waterleidingsysteem.
3) Controleer de pomp, regelklep en andere onderdelen van
het waterleidingsysteem.
4) Maak de aansluitingen van alle draden vast.
5) Het is een must om de machine 12 uur voor de inbedrijfstel-
ling te elektrificeren.

11.8 Koelsysteem

Bepaal of er koelmiddel nodig is door de waarde van de zuig-
en persdruk te controleren en kijk na of er een lekkage is. Bij
lekkage of vervanging van onderdelen van de koelinstallatie
moet een luchtdichte test worden uitgevoerd. Neem verschillen-
de maatregelen in de volgende twee verschillende omstandig-
heden van koelmiddelinjectie.
1) Totale lekkage van koelmiddel. In een dergelijke situatie moet
lekkagedetectie worden uitgevoerd op de stikstof onder druk die
voor het systeem wordt gebruikt. Als reparatielassen nodig is,
kan er pas worden gelast als al het gas in het systeem is ontla-
den. Voordat het koelmiddel wordt ingespoten, moet het gehele
koelsysteem volledig droog en vacuüm gepompt zijn.
Sluit de vacuümpompleiding aan op het fluoridemondstuk aan
de lagedrukzijde.
Verwijder lucht uit de systeemleiding met behulp van de vacu-
umpomp. Het vacuümpompen duurt langer dan 3 uur. Contro-
leer of de drukindicatie in de meetklok binnen de gespecificeer-
de reikwijdte valt.
Wanneer het vacuümniveau is bereikt, moet het koelmiddel met
behulp van een koelvloeistoffles in het koelsysteem worden
gespoten. Op het typeplaatje en de tabel met de belangrijkste
technische parameters is de juiste hoeveelheid koelmiddel voor
injectie aangegeven. Het koelmiddel moet worden ingespoten
vanaf de lagedrukzijde van het systeem.
De hoeveelheid koelmiddel wordt beïnvloed door de omgevings-
temperatuur. Als de vereiste hoeveelheid niet is bereikt, maar er
geen inspuiting meer mogelijk is, laat het koelwater dan circule-
ren en start de unit op voor injectie. Laat de lagedrukschakelaar
tijdelijk kortsluiten indien nodig.
2) Koelmiddeladditief. Sluit de koelmiddelinjectiefles aan op het
fluoridemondstuk aan de lagedrukzijde en sluit de manometer
op de lagedrukzijde aan.
Laat het gekoelde water circuleren en start de unit. Laat zo
nodig de drukregelschakelaar kortsluiten.
Spuit langzaam koelmiddel in het systeem en controleer de
zuig- en persdruk.
ATTENTIE
Nadat de inspuiting is voltooid moet de aansluiting
worden vernieuwd.
Spuit nooit zuurstof, acetyleen of een ander
brandbaar of giftig gas in het koelsysteem bij de
lekdetectie- en luchtdichte test. Er mag alleen
gebruik worden gemaakt van stikstof onder druk of
koelmiddel.

11.9 De compressor demonteren

Volg de volgende procedures als de compressor gedemonteerd
moet worden:
1) Sluit de stroomtoevoer van de unit af.
2) Verwijder het stroomsnoer van de compressor.
3) Verwijder de aanzuig- en afvoerleidingen van de compressor.
4) Verwijder de bevestigingsschroef van de compressor.
5) Verplaats de compressor.

11.10 Elektrische bijverwarming

Als de omgevingstemperatuur lager is dan 2 ºC, neemt de
verwarmingsefficiëntie af naarmate de buitentemperatuur daalt.
Om de luchtgekoelde warmtepomp stabiel te laten draaien in
een relatief koud gebied en om wat warmteverlies door ontdooi-
ing aan te vullen. Wanneer de laagste omgevingstemperatuur in
de regio van de gebruiker in de winter tussen de 0°C~10°C ligt,
kan de gebruiker overwegen om een elektrische bijverwarming
te gebruiken.
Raadpleeg de relevante vakmensen voor het vermogen van de
elektrische bijverwarming.

11.11 Antivriessysteem

In geval van bevriezing van de leiding van de waterzijdige
warmtewisselaar kan ernstige schade worden veroorzaakt,
d.w.z. dat de warmtewisseling kan worden verbroken en er lekk-
age kan optreden. Deze door vorstbarsten veroorzaakte scha-
de valt niet onder de garantie. De unit moet dan ook worden
gecontroleerd op bevriezing.
1) Als de unit die wordt uitgeschakeld in stand-by in een omge-
ving wordt geplaatst waar de buitentemperatuur lager is dan 0°C,
moet het water in het watersysteem worden afgetapt.
2) De waterleiding kan bevroren zijn wanneer de koelwater-
debietregelaar en de antivriestemperatuursensor niet meer
werken. Daarom moet de stroomregelaar volgens het aansluit-
schema worden aangesloten.
3) Vorstbarten in de waterzijdige warmtewisselaar kunnen bij
het onderhoud ontstaan, wanneer het koelmiddel in de unit
wordt gespoten of voor reparatie wordt afgevoerd. Bevriezing
van leidingen kan op elk moment voorkomen als de druk van
het koelmiddel onder de 0,4 Mpa komt te liggen. Daarom moet
het water in de warmtewisselaar blijven stromen of volledig
worden afgetapt.
32

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Kem-ht-65 drs5Kem-ht-110 drs5Kem-ht-140 drs5

Inhoudsopgave