Let op dat deze weegschaal geeft niet het calciumgehalte van de botten weer maar berekent het gemid-
delde gewicht van alle bestanddelen van de botten (organische stoffen, anorganische stoffen en vocht).
Let op: Verwar botmassa echter niet met botdichtheid. De botdichtheid kan alleen door middel van me-
disch onderzoek (bijvoorbeeld computertomografie, echoscopie) worden berekend. Daarom zijn con-
clusies op grond van veranderingen in de botten en de hardheid van de botten (bijv. osteoporose) niet
mogelijk met deze weegschaal.
De botmassa laat zich nauwelijks beïnvloeden, maar schommelt een klein beetje binnen de beïnvloedende
factoren (gewicht, lengte, leeftijd, geslacht).
AMR
De activiteitsomzetting (AMR = Active Metabolic Rate) is de hoeveelheid energie die het lichaam per dag
verbruikt in actieve toestand. Het energieverbruik van een mens stijgt met toenemende lichaamsactiviteit
en wordt bij de diagnoseweegschaal berekend aan de hand van de ingegeven activiteitsgraad (1– 5).
Om het actuele gewicht te behouden moet de verbruikte energie in de vorm van eten en drinken dienover-
eenkomstig opnieuw worden toegediend. Wordt gedurende langere tijd echter minder energie toegevoerd
dan wordt verbruikt dan haalt het lichaam het verschil in principe uit de aangelegde vetopslag en neemt
het gewicht af. Wordt gedurende een langere tijd echter meer energie toegevoerd dan de berekende totale
energieomzetting (AMR), dan kan het lichaam het energieoverschot niet verbranden. Het overschot wordt
als vet opgeslagen in het lichaam en het gewicht neemt toe.
Tijdelijke samenhang van de resultaten
Let op dat alleen de langdurige trend telt. Kort durende gewichtsafwijkingen binnen een paar dagen zijn
meestal het gevolg van vochttekort.
De betekenis van de resultaten richt zich op de veranderingen van het: Totaal gewicht en het percentage
lichaamsvet en lichaamsvocht en het spierpercentage evenals op de tijdsduur waarin deze veranderingen
plaatsvinden. Snelle veranderingen binnen enkele dagen zijn van gemiddelde veranderingen (binnen enke-
le weken) en langdurige veranderingen (maanden) te onderscheiden.
Als basisregel kan gelden dat kortstondige veranderingen in gewicht bijna alleen veranderingen van het
vochtgehalte betekenen, terwijl gemiddelde en langdurige veranderingen ook het vet- en spierpercentage
kunnen betekenen.
• Als het gewicht kortstondig daalt maar het percentage lichaamsvet stijgt of gelijk blijft dan bent u slechts
vocht verloren – bijv. na een training, saunabezoek of een crashdieet.
• Als het gewicht langzaamaan stijgt en het percentage lichaamsvet stijgt of gelijk blijft, kunt u echter
waardevolle spiermassa hebben opgebouwd.
Als het gewicht en het percentage lichaamsvet gelijktijdig dalen dan werkt uw dieet – u verliest vet massa.
Idealiter ondersteunt u uw dieet met lichamelijke activiteit, fitness- of krachttraining. Daarmee kunt u bij
een gemiddeld tempo uw spierpercentage vergroten.
Het percentage lichaamsvet en lichaamsvocht of het spierpercentage mogen niet worden opgeteld (spier-
weefsel bevat ook bestanddelen uit lichaamsvocht).
7. Verkeerde meting
Wanneer de weegschaal tijdens het meten een fout constateert, verschijnt " " of "
u plaatsneemt op de weegschaal voordat "0.0" wordt weergegeven in de display functioneert de weeg-
schaal niet goed.
Mogelijke oorzaken van de fout:
– De maximale draagcapaciteit van 200 kg (441 lb,
31 St) is overschreden.
– De elektrische weerstand tussen de elektroden
en voetzool is te hoog (bijv. bij een dikke eelt-
laag).
– Het vetpercentage ligt buiten het meetbare be-
reik (minder dan 3 % of meer dan 55 %).
– Het vochtgehalte ligt buiten het meetbereik (min-
der dan 25 % of meer dan 75 %).
Oplossing:
– Alleen het maximaal toegestaan gewicht wegen.
– De meting herhalen met blote voeten.
Maak eventueel uw voetzolen iets vochtig.
Verwijder eventueel het eelt op de voetzolen.
– De meting herhalen met blote voeten.
– Maak eventueel uw voetzolen iets vochtig.
– De meting herhalen met blote voeten.
– Maak eventueel uw voetzolen iets vochtig.
7
" in het display. Als