Stap 2:
Aansluiten van de
luidsprekers
Sluit de luidsprekerkabels aan op de
aansluitklemmen SPEAKERS, de
rechterluidspreker op "R" en de linkerluidspreker
op "L" , de gekleurde (gemerkte) draad op de
"+" en de zwarte (ongemerkte) draad op de
"-". Steek het afgestripte uiteinde van de
luidsprekerkabel helemaal in de klem zoals
aangegeven.
Handige tips:
– Zorg ervoor dat de luidsprekerkabels op de juist
manier aangesloten worden. Onjuiste aansluitingen
kunnen het systeem beschadigen door kortsluiting.
– Sluit niet meer dan één luidspreker aan op elk
paar luidsprekerklemmen +/-.
Stap 3:
Aansluiten van het
netsnoer
Wanneer de stekker van het netsnoer voor de
eerste keer in het stopcontact gestoken wordt,
kan in het display "AUTO INSTALL – PRESS
PLAY" (automatisch installeren - druk op
PLAY) verschijnen. Druk op É Å op het
apparaat om alle beschikbare radiozenders op
te slaan of druk op Ç om te beëindigen (zie
"Bedienen van de tuner").
Stap 4:
Plaatsen van de
batterijen in de
afstandsbediening
3
1
2
1
Open het klepje van het batterijvak.
2
Plaats twee batterijen, type R06 of AA, en
let hierbij op de indicaties (+-) binnenin
het vak.
3
Sluit het batterijvak.
Gebruiken van de afstandsbediening
om het systeem te bedienen
1
Richt de afstandsbediening recht naar de
sensor (iR) op het apparaat.
2
Kies het apparaat dat u wilt bedienen door op
één van de bronkeuzetoetsen op de
afstandsbediening te drukken (bijvoorbeeld
CD, TUNER).
3
Kies vervolgens de gewenste functie
(bijvoorbeeld É Å, í, ë).
LET OP!
– Verwijder de batterijen als ze leeg zijn
of als u ze gedurende langere tijd niet
zult gebruiken.
– Gebruik geen oude en nieuwe
batterijen of batterijen van verschillende
types door elkaar.
– Batterijen bevatten chemicaliën en
moeten daarom op de juiste manier
ingeleverd worden.
Aansluitingen
91