Het beeld aanpassen
De hoogte aanpassen
Plaats de projector op een vlakke ondergrond en loodrecht ten opzichte van het scherm.
De projector is voorzien van twee handige verstelvoetjes. Met deze verstelvoetjes kunt u de
hoogte van het beeld en de projectiehoek wijzigen. De projector aanpassen:
1.
Til de projector op en druk de
verstelknop in om het
verstelvoetje los te maken. Het
verstelvoetje glijdt omlaag en
wordt in de juiste stand
vergrendeld.
Kijk niet in de lens wanneer de
projectorlamp brandt. Het felle licht kan
uw ogen of zicht beschadigen.
2.
Draai aan het achterste
verstelvoetje om de projectiehoek
nauwkeuriger in te stellen.
Druk nogmaals op de verstelknop om het
voetje in te schuiven.
Als het scherm en de projector niet
loodrecht op elkaar staan, krijgt het
geprojecteerde beeld een verticale
trapeziumvorm. U kunt het probleem
oplossen door de waarde voor Keystone
(Trapezium) aan te passen in het menu
Display (Weergave), op het
bedieningspaneel van de projector of op de
afstandsbediening.
Het beeld automatisch aanpassen
In sommige gevallen is het nodig de beeldkwaliteit
bij te stellen. Hiervoor drukt u op de knop Auto op
het bedieningspaneel van de projector of de
afstandsbediening. Binnen 3 seconden past de
ingebouwde automatische bijstellingsfunctie de
waarden van Frequency (Frequentie) en Clock
(Klok) aan, zodat er een optimale beeldkwaliteit
wordt geproduceerd.
Tijdens het gebruik van Auto is het scherm leeg.
Bediening
21