Helderheid van de tiptoetsen
Houd de "FUNCTION" toets ingedrukt en druk dan op de B}6 klaviertoets
(Helderheid van tiptoetsen).
In-/uitschakelen of veranderen van instelwaarden met behulp van een enkele klaviertoets
(bedieningstype D)
• Standaardwaarde: 2
Instelwaarde
1
De tiptoetsen zijn minder helder.
2
De tiptoetsen hebben de normale helderheid.
Gevoeligheid van tiptoetsen op linker paneel
Houd de "FUNCTION" toets ingedrukt en druk dan op de B6 of C7 klaviertoets.
Gebruik van de +/– klaviertoetsen om de instelwaarde met 1 te verhogen of verlagen
(bedieningstype B)
• Instelwaarde: –1 (lage gevoeligheid) tot 0 (standaard) tot +1 (hoge gevoeligheid)
• Standaardwaarde: 0
Klaviertoets
B6
Verlaagt de gevoeligheid van de tiptoetsen met 1 (–).
C7
Verhoogt de gevoeligheid van de tiptoetsen met 1 (+).
A0
C1
C2
C3
Details van de instelling
A0
C1
C2
C3
NL-159
Veranderen van de instellingen
C4
C5
C6
B 6
C4
C5
C6
B6
Instelling
C7
C8
C7
C8
C7