6.
Selecteer in de opnametoepassing de MV51 als ingangsbron.
Zie de gebruikershandleiding van de software voor informatie over het toewijzen van ingangsbronnen.
U kunt nu gaan opnemen.
Bedieningselementen van interface met aanraakscherm
① Schuifregelaar volumeregeling
Regel het microfoon- of hoofdtelefoonniveau af door met uw vinger over het bedieningsvlak te schuiven.
◦
Druk op de modusknop om het microfoonniveau te activeren.
◦
Druk op de hoofdtelefoonknop om het hoofdtelefoonvolume te activeren.
② Led-balk
Deze toont het microfoon- en hoofdtelefoonniveau. De kleur van de leds geeft het bepaalde niveau aan dat weergegeven
of afgeregeld wordt.
◦
Groen: Microfoonniveau
◦
Oranje: Hoofdtelefoonniveau
③ Dempingsknop
Als deze wordt ingedrukt, wordt de microfoon al of niet gedempt.
④ Modusschakelaar
Druk hierop voor het selecteren van de voorinstelmodi.
⑤ Keuzeschakelaar hoofdtelefoonvolume
Druk hierop voor het selecteren van het bedieningselement voor het hoofdtelefoonniveau (oranje ledbalk). Regel vervol
gens met de schuifregelaar voor volumeregeling het hoofdtelefoonniveau af. Druk er nogmaals op om naar de microfoonni
veauweergave terug te keren (groene led-balk).
Voorinstelmodi
Vijf selecteerbare modi optimaliseren de instellingen voor niveauregeling en compressie die bij uw opnamebehoeften passen.
Stel het microfonniveau in en selecteer de vooringestelde modus die het beste bij uw toepassing past. Of experimenteer met
elke modi om uit te zoeken welke het beste klinkt. Vooringestelde modi kunnen de sterkte van het invoersignaal beïnvloeden,
dus u moet het microfoonniveau na het wijzigen van de voorinstellingen naar wens aanpassen.
Aanraakscherm
Shure Incorporated
5/15