Aan private
gebruikers
rapporteren en/of
Monitoring Station via
telefoon, SMS en IP
communicatie
Snelle installatie met
indicatie van de
kwaliteit van de link
Toestel Locator
Sleutel-safe voor de
bewaker
Inschakelsleutel
*
Ondersteund door specifieke PowerMaster-33 G2 modellen (voor meer details, gelieve contact op te nemen met uw Visonic
vertegenwoordiger).
D-306538
PowerMaster-33 G2 Installatiehandleiding
Het PowerMaster-33 systeem kan
geprogrammeerd worden om zowel
alarmberichten of berichten van andere
gebeurtenissen te zenden naar 4 private
telefoonabonnees met stemgeluid
naar 4 SMS mobiele telefoonnummers en als
om de gebeurtenissen te melden aan het
Monitoring Station via SMS-, PSTN- or IP-
communicatie.
Bij PowerG toestellen is het niet nodig om
het KP-250 PG2 keypad te raadplegen
wanneer een draadloos toestel wordt
gemonteerd, want PowerG toestellen hebben
een ingebouwde aanduiding van kwaliteit
van de link. De montageplaats kiezen is een
snel en eenvoudig proces.
Helpt u om gemakkelijk het huidig toestel te
identificeren dat op het KP-250 PG2 LCD-
scherm wordt weergegeven.
De PowerMaster-33 is in staat om een safe
te controleren, waarin de site-sleutels zich
bevinden, die alleen toegankelijk is voor de
bewaker van de site of de bewaker van het
Monitoring Station in geval van alarm.
Een extern systeem kan het in- en
uitschakelen van het PowerMaster-33
systeem controleren.
Om berichten naar private telefoons te
configureren: zie KP-250 PG2
Gebruikershandleiding, Hoofdstuk 6,
paragraaf B.12: Programmering van private
*
en ook
telefoon en SMS rapportering
Om rapportering aan het Monitoring
Station te configureren: zie KP-250 PG2
Installatiehandleiding, paragraaf 3.6.4:
Configuratie van de rapportering van
gebeurtenissen naar Monitoring Stations
Om de ideale plaats om een draadloos
toestel te monteren te kiezen, zie Hoofdstuk
2 Kiezen van de installatielocatie.
Lees meer over de Toestel Locator: zie
KP-250 PG2 Gebruikershandleiding,
Hoofdstuk 3, Inschakelen en uitschakelen
van het systeem
Om de Toestel Locator te gebruiken bij
het overbruggen van een zone of wanneer
een overbrugde zone wordt gewist: zie
KP-250 PG2 Gebruikershandleiding,
Hoofdstuk 6, paragraaf B.1: Instellen van het
zone-overbruggingsschema
Om de Toestel Locator te gebruiken bij
het uitvoeren van de periodieke test: zie
KP-250 PG2 Installatiegids, Hoofdstuk 4:
Periodieke Test via Installatiecode of KP-250
PG2 Gebruikershandleiding, Hoofdstuk 8:
Periodieke Test via Gebruikerscode.
1. Verbindt de safe aan het paneel: zie
paragraaf 3.8: Optionele Expander Module
Plaatsing, Figuur 3.8b
2. Configureer het zonetype van de safe in
"Bewaakte Zone": zie KP-250 PG2
Installatiehandleiding, paragraaf 3.4.2:
Toevoegen van nieuwe draadloze toestellen
en bekabelde sensoren
3. Instellen van de bewakingscode: zie
KP-250 PG2 Installatiehandleiding, paragraaf
3.3: Instellen van de Installateur Codes
Verbindt de externe systeem-output met
het paneel: zie paragraaf 3.8: Optionele
Expander Module Plaatsing, Figuur 3.8b
5