Elektrische aansluiting
5.5.5
Klemmen voor niveauingangen
In alle instrumentuitvoeringen
• Sensor 1: klemmen 9 (geel), 10 (zwart), 11 (rood)
• Sensor 2: klemmen 12 (geel), 13 (zwart), 14 (rood)
• Sensor 3: klemmen 15 (geel), 16 (zwart), 17 (rood)
• Sensor 4: klemmen 18 (geel), 19 (zwart), 20 (rood)
• Sensor 5: klemmen 21 (geel), 22 (zwart), 23 (rood)
In instrumentuitvoeringen met 10 sensoringangen
• Sensor 6: klemmen 24 (geel), 25 (zwart), 26 (rood)
• Sensor 7: klemmen 27 (geel), 28 (zwart), 29 (rood)
• Sensor 8: klemmen 30 (geel), 31 (zwart), 32 (rood)
• Sensor 9: klemmen 33 (geel), 34 (zwart), 35 (rood)
• Sensor 10: klemmen 36 (geel), 37 (zwart), 38 (rood)
5.5.6
Klemmen voor synchronisatie
Klemmengebied A
Klemmen 39, 40: synchronisatie van meerdere Prosonic S transmitters
5.5.7
Klemmen voor PROFIBUS DP
• Klem 65: PROFIBUS A (RxT/TxD - N)
• Klem 66: PROFIBUS B (RxT/TxD - P)
5.5.8
Andere elementen in het klemmengebied
• Display
Aansluiting van het display of het separate display en de bedieningsmodule
• Service
Service-interface; voor aansluiting van een PC/notebook via Commubox FXA291
•
Vergrendelingsschakelaar: vergrendelt het instrument om wijzigingen in de configuratie te
voorkomen.
• Term.
Busafsluiting
• Adres
Busadres instrument
5.6
Speciale aansluitinstructies
Voor speciale aansluitinstructies voor de individuele klemmen, zie de bedieningshandleiding
van het instrument.
18
Prosonic S FMU95 PROFIBUS DP
Endress+Hauser