Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

REMKO GPS Series Bedienings- En Installatiehandleiding pagina 14

Verberg thumbnails Zie ook voor GPS Series:
Inhoudsopgave

Advertenties

REMKO Serie GPS
Terugzetten
Het vermogen van de hete-luchtverwarmer GPS kan
op drie verschillende wijzen worden gereguleerd:
- 0-10 Vdc;
- ModBus;
- Temperatuursonde NTC1.
Voor de correcte instelling van de
reguleringsparameter moet eerst de parameter d0
worden geprogrammeerd, deze bepaalt de aan de
hete-luchtverwarmer toegewezen regulering
Parameterverstelling voor de modulatie van de vlam
Functie
Parameter
Modulatie van de
vlam
Bedrijf met ruimte-temperatuurregelaar
De hete-luchtverwarmer functioneert volledig automa-
tisch met behulp van een ruimte-temperatuurregelaar,
die de ruimtetemperatuur reguleert.
De ruimtetemperatuurregelaar en de printplaat
bewaken alle besturings- en reguleringsfunctie,
waarbij het apparaat voor de vlambewaking en
de veiligheidsthermostaten de veiligheidsfuncties
overnemen.
Bedrijf met de ATR-Smart-Basic/-Web
De besturing van de schakelingen van de hete-
luchtverwarmer kan overgedragen worden aan de of
ATR-Smart-Basic of Web. Alle systemen gebruiken
het ModBus-protocol en kunnen tot 32 hetelucht-
generatoren aansturen.
Voor het gebruik van de ATR-Smart, -Web of -Basic
voor de temperatuurregulering hoeft men alleen op
elk apparaat de parameter d0 met standaard instelling
2 voor de NTC1-regulering op 7 (ModBus-besturing)
te zetten.
Men kan de ruimtetemperatuurregeling van de serie
"Smart" voor bewaking/aanduiding en besturing
(actieve deel van de regulering) gebruiken.
14
Systeem
d0=2
NTC1
d0=5
0-10Vdc
d0=7
Modbus - H71
De ATR-Smart-regelaar beschikt intern over een
temperatuursonde, die voor de regulering van een
externe sonde kan worden toegevoegd. De ATR-
Smart-Basic/-Web beschikken intern over een
temperatuursonde en kunnen door drie overige
externe sondes voor de regulering worden uitgebreid.
De externe sondes kunnen als hoofd- of extra element
voor de interne sonde worden geprogrammeerd, om
een gemiddelde tussen beide metingen te verkrijgen.
Bij het gebruik van een van de panelen van de "ATR-
Smart-regelaar", is ook voor de besturing van de
regulering het volgende noodzakelijk:
- apparaatmodule van 1 tot 32 indexeren, indien men
de adressen van de afzonderlijke module via de DIP-
schakelaar invoert;
- minimaal een NTC-sonde op de ATR-Smart-regelaar
aansluiten (of een interne sonde gebruiken);
- de reguleringsparameters zowel op de printplaat als
ook op Smart instellen.
De aansluitbare externe NTC-sondes moeten 10 k van
het type 3435 zijn.
De sondes moeten op de klemmen NTC/NTC
aangesloten worden en kunnen, afhankelijk van
de reguleringsbehoefte, in de ruimte of aan de
aanzuiging worden toegewezen.
AANWIJZING: De desbetreffende externe NTC-
sondes zijn optionele buitensondes, niet te verwisselen
met de modulatiesonde NTC1.
De ATR-Smart-Basic of Web wordt gevoed met een
spanning van 12 Vdc (12 Vdc +10%/-15%).
Voor de activering van de verwarmingsbehoefte moet
de ingang ID1 van de ATR-Smart-regeling worden
aangesloten. Bij de ATR-Smart-Basic zijn dit de klem-
men 5 en 6 van de aansluitdozen. Bij de ATR-Smart-
Web is dat de aansluitdoos M2 en daar de klemmen 1
en 2. De contacten zijn standaard overbrugd.

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Gps 20Gps 30Gps 40Gps 60Gps 80

Inhoudsopgave