Installatiehandleiding
4.3.9
Een installatielocatie selecteren in gebieden met veel wind
Om blootstelling aan de wind te voorkomen, moet u de eenheid installeren met de luchtinlaatzijde naar de muur gericht. Houd bij de
installatie van het buitengedeelte rekening met de richting van sterke winden. Plaats de eenheid niet met de voorzijde tegen de wind-
richting in, maar met de zijkant.
1
2
4.4
Plaatsing van het buitengedeelte
Bepaal de installatielocatie op basis van de volgende punten en met instemming van de gebruiker. Selecteer de installatielocatie van het
buitengedeelte zo dat noch de eigen woonomgeving noch naburige panden worden blootgesteld aan geluidsoverlast.
▪ Plaats het buitengedeelte niet ondersteboven of op de zijkant. Als u dat wel doet, zal de smeerolie voor de compressor in het koel-
circuit lopen en ernstige schade aan het buitengedeelte veroorzaken.
▪ Kies een locatie die droog en zonnig is, maar niet blootstaat aan direct zonlicht of sterke winden.
▪ Blokkeer geen looproutes of doorgangen.
▪ Kies een locatie waar het geluid van een werkende warmtepomp en de afgevoerde lucht geen hinder voor de buren veroorzaken.
▪ Kies een positie van waaruit de leidingen en kabels gemakkelijk op het andere hydraulische systeem kunnen worden aangesloten.
▪ Installeer het buitengedeelte op een vlakke, stabiele ondergrond die het gewicht kan dragen en geen onnodige geluiden en trillin-
gen veroorzaakt.
▪ Plaats het buitengedeelte zo dat de luchtstroom direct richting het open gebied loopt.
▪ Plaats het buitengedeelte op een locatie zonder planten en dieren, omdat die de werking van het buitengedeelte kunnen versto-
ren.
▪ Zorg voor voldoende vrije ruimte rondom het buitengedeelte, met name in de buurt van een radio, computer, stereosysteem enz.
▪ Als u het buitengedeelte aan de kust installeert, moet u er goed op letten dat het niet direct wordt blootgesteld aan zeewind. Als u
geen goede locatie zonder directe zeewind kunt vinden, moet u de warmtewisselaar voorzien van een corrosiewerende coating.
Installeer het buitengedeelte op een plaats (bv. in de buurt van gebouwen) waar het wordt beschermd tegen zeewind, die scha-
de aan het buitengedeelte kan veroorzaken.
Als installatie van het buitengedeelte dicht aan zee niet kan worden vermeden, moet u een omringende beschermingswand
plaatsen om de zeewind tegen te houden.
▪ De beschermingswand moet worden gemaakt van massief materiaal, zoals beton, om de zeewind tegen te houden. De hoogte en
breedte van de wand moet 1,5 keer zo groot zijn als de grootte van het buitengedeelte. Zorg ook voor een vrije ruimte van 700 mm
tussen de beschermingswand en het buitengedeelte, om de uitlaatlucht af te kunnen voeren.
Thermia AB
iTec XT
1
1. Sterke wind
2. Richting van de lucht vanuit het buitengedeelte
AWIXT01IG0110
31