Inhoudsopgave
Advertenties
5 Onderhoudsinstructies
5.19
Onderhoud aan het rupsonderstel
VOOR WERKZAAMHEDEN WAARVOOR DE MACHINE VAN DE
GROND OPGEHEVEN MOET WORDEN, DIENT U ER ALTIJD
VOOR TE ZORGEN DAT DE VERSNIPPERAAR CORRECT EN
1. Zorg ervoor dat de versnipperaar correct wordt ondersteund (zie Paragraaf 5.18 " De
versnipperaar opkrikken " op pagina 54.
2. Hydraulische systemen kunnen als ze hebben gedraaid erg warm worden.
3. Houd alle onderdelen in goede conditie, omdat ze worden blootgesteld aan hoge druk.
4. Herstel eventuele schade onmiddellijk en vervang versleten of defecte onderdelen
onmiddellijk.
5. Houd de rupsbanden schoon en verwijder olie, vet en vuil.
6. Controleer op olielekken en beschadigde slangen.
7. Gebruik alleen aanbevolen smeermiddelen. Gebruik geen middelen van verschillende
merken door elkaar.
8. Houder de smeernippels van de afsteleenheid schoon .
5.19.1
De rupsbandspanning controleren
Om schade aan de rubberen rupsbanden te voorkomen, moet elke dag worden
gecontroleerd of ze de juiste spanning hebben.
1. Stop de machine op een vlakke en stevige
ondergrond en zet de motor uit.
2. Meet van de grond tot aan de binnenrand
van de rupsband bovenaan in het midden
(Afbeelding 36, item 1).
3. Trek de bovenkant in het midden van de
rupsband met enige kracht omhoog en
meet de doorbuiging ten opzichte van de
eerste meting (Afbeelding 36, item 2).
4. De rupsbandspanning is correct bij een
doorbuiging tussen 30 en 40 mm.
5. Als de doorbuigen buiten de aanbevolen
grenswaarden valt, moet de
rupsbandspanning worden afgesteld. (Zie
Paragraaf 5.19.3 " De rupsbandspanning
afstellen " op pagina 57.)
C190-0385 - Rev. 2.0 NL
WAARSCHUWING
VEILIG IS ONDERSTEUND.
TW 280FTR (Benzine)
Afbeelding 36 - De rupsbandspanning
controleren
55/72
Advertenties
Inhoudsopgave
