FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN
Als het waarschuwingslampje niet oplicht
wanneer u de sleutel naar "
het waarschuwingslampje blijft branden,
laat het elektrisch circuit dan controleren
door een MBK-dealer.
Waarschuwingslampje
koelvloeistoftemperatuur "
3
Dit waarschuwingslampje gaat branden als
de motor oververhit raakt. Zet in zo'n geval
de motor onmiddellijk af en geef deze de tijd
om af te koelen.
Het elektrisch circuit voor het waarschu-
wingslampje controleert u door de sleutel
naar "
" te draaien. Het waarschuwings-
lampje moet enkele seconden oplichten en
dan uitgaan.
Als het waarschuwingslampje niet meteen
oplicht wanneer u de sleutel naar "
draait, of als het waarschuwingslampje blijft
branden, laat het elektrisch circuit dan con-
troleren door een MBK-dealer.
LET OP
Laat de motor niet draaien terwijl deze
oververhit is.
OPMERKING
" draait, of als
●
Bij machines met een of meer radiator-
koelvinnen schakelt de radiatorkoelvin
automatisch in of uit op basis van de
koelvloeistoftemperatuur in de radia-
tor.
DAUM2781
●
Als de motor oververhit raakt, staan op
"
pagina 6-28 nadere instructies ver-
meld.
"
DCA10021
Snelheidsmeterunit (NS50N)
ZAUM0910
1. Snelheidsmeter
2. Kilometerteller
3. Brandstofniveaumeter
De snelheidsmeterunit is voorzien van een
snelheidsmeter, een kilometerteller en een
brandstofniveaumeter. De snelheidsmeter
toont de actuele rijsnelheid. De kilometertel-
ler toont de totale afgelegde afstand. De
brandstofniveaumeter geeft aan hoeveel
brandstof in de tank aanwezig is. (Zie pagi-
na 3-2 voor uitleg over de werking van het
waarschuwingslampje brandstofniveau.)
3-3
DAUM1590
1 2
3