Scherpstellen op het onderwerp
Het scherpstelveld of scherpstelbereik voor de weergave van een scherpstelveld is
afhankelijk van de opnamestand.
• Het onderwerp te dicht bij de camera. Probeer om een opname te maken met
de macro-stand (A64) of Close-up onderwerpstand (A45).
• Wanneer er in de A (auto) stand of continu-opnamestand gefotografeerd
wordt, kunt u de manier waarop het scherpstelveld wordt bepaald met de
AF-veldstand (A37) instellen.
• De camera kan mogelijk niet scherpstellen op de onderwerpen waarbij
automatische scherpstelling niet uitziet als wordt verwacht(A29). Wanneer de
camera niet scherpstelt, probeer dan de ontspanknop enkele malen half in te
drukken of gebruik te maken van scherpstelvergrendeling (A76).
74