Beschikbare opnamestanden
u Speciale effecten stand (A57)
U kunt speciale effecten voor opnamen
toevoegen. Er zijn zes verschillende effecten
beschikbaar.
A (auto) stand (A36)
Fotograferen met standaard-
functies van de camera.
Instellingen kunnen in het
opnamemenu (A36)
aangepast worden aan de
opnamecondities en het
type opname dat u wilt
maken.
Onderwerpstand (A38)
Als een van de onderwerpstanden is geselecteerd, worden foto's gemaakt met
instellingen die optimaal zijn voor het geselecteerde onderwerp.
• x (Autom. scènekeuzekn.): Zodra u een foto kadreert, kiest de camera automatisch het
meest optimale onderwerp en kunt u op eenvoudige wijze fotograferen.
• y (onderwerp): Gebruik het menu om het gewenste onderwerp uit 17
verschillende onderwerptypen te kiezen. De instellingen van de camera worden
automatisch geoptimaliseerd voor het geselecteerde onderwerp.
- Om een onderwerp te selecteren, draait u de keuzeknop eerst naar y en drukt
u op de d knop.
Druk op de multi-selector H of I om het gewenste onderwerp te selecteren en
druk vervolgens op de k knop.
• j (Nachtlandschap): Legt de sfeer van nachtlandschappen vast.
• W (Tegenlicht): De flitser ontsteekt zodra tegenlicht wordt gedetecteerd, om te
voorkomen dat het onderwerp in de schaduw blijft of maakt gebruik van de HDR-
functie voor het fotograferen van onderwerpen met hoog contrast.
C
Beschikbare functies in opnamestand
• De functies van de multi-selector H (m), I (p), J (n) of K (o) kunnen worden ingesteld.
Zie "Functies die ingesteld kunnen worden met de multi-selector" (A59) voor meer informatie.
• Druk op d om het menu voor de geselecteerde opnamestand weer te geven. Zie
"Opnamefuncties" (A35) voor meer informatie over de beschikbare instellingen in het menu
voor de huidige opnamestand.
Stap 2 Een opnamestand selecteren
C Continu-
opnamestand (A53)
Maak een continu-
opnamereeks of gebruik
BSS (Best Shot Selector).
F Slim portret stand
(A50)
De camera herkent de
camera glimlachende
gezichten en laat
automatisch de sluiter
ontspannen.
25