HOEKSPRONG
Begin als bij de streksprong. Op het hoogste punt van de sprong buigt het lichaam in
de heupen, worden de benen horizontaal naar voren gebracht (benen bijeen) en de
voeten even met de handen aangetikt. Vervolgens het lichaam strekken en de armen
naast het lichaam brengen vóór het landen op de mat.
SPREID-HOEKSPRONG
Gelijk aan de hoeksprong. Alleen worden nu de benen gespreid naar voren gebracht.
ZITSPRONG
Begin deze oefening door in de juiste landingspositie in het midden van de mat te
gaan zitten. Deze is: benen gesloten en rug recht naar voren. Leun met rechte rug
enigszins naar achteren. De armen zijn hierbij naast het lichaam en de vingers wijzen
naar voren. Ga vervolgens staan en kom neer in de beschreven landingspositie. Om
weer tot stand te komen moet men de heupen naar voren brengen en zich met de
handen afzetten. Bouw deze sprong rustig op totdat deze beweging wordt beheerst
en onder controle is. Ga dan de sprong wat hoger maken.
HALVE DRAAI
Het begin van deze sprong is hetzelfde als de streksprong. Op het hoogste punt kijkt
u onder een arm door (armen blijven naast de oren) en maakt u een halve draai.
Zoek steeds een vast punt om naar te kijken. Belangrijk is tijdens deze sprong het
lichaam recht te houden.
HELE DRAAI
Deze wordt uitgevoerd als de halve draai maar met iets meer inzet en snelheid zodat
men een volle draai van 360 graden maakt.
ZITSPRONG MET HALVE DRAAI TOT ZITSPRONG
Dit zijn drie oefeningen ineen: een sprong tot zit, een halve draai en een sprong tot
zit. Probeer eerst een streksprong halve draai gecombineerd met een sprong tot zit
waarbij men met het gezicht in de tegenovergestelde richting neerkomt. Als dit lukt,
begin dan met een sprong tot zit, gevolgd door een streksprong. Draai de heupen en
het lichaam. Doe de benen recht naar voren en landt weer in de sprong tot zit, nu in
de tegengestelde richting kijkend.
9