6.9 Contactloze spanningsdetector
Waarschuwing: om reden van veiligheid moet de spanningsdetector altijd worden
getest op een circuit waarvan bekend is dat het onder stroom staat voordat de
spanningsdetector op onbekende spanningspotentialen wordt gebruikt.
1. Stel de schakelaar in op stand NCV
2. Controleer of de testgeleidedraden van de meetsonde zijn losgekoppeld.
3. Druk kort op toets BEREIK om te schakelen tussen gevoeligheidsmodi Hoog
(20~1000 V) en Laag (80~1000 V).
4. Plaats de bovenkant van de meter dicht bij een spanningsbron.
5. Wanneer de meter spanning detecteert, piept deze en wordt een animatie van een
blauwe balk weergegeven. De snelheid van de pieptoon en het aantal balken
nemen toe naarmate de sterkte van de spanning toeneemt.
GEBRUIKERSHANDLEIDING FLIR DM166
Afb. 6-3 Contactloze spanningsdetector
. Zie Afbeelding 6-3.
Identificatie document: DM166-nl-NL_AA
16