Opnamegegevens weergeven in de opnamefunctie
U kunt tijdens het opnemen gegevens weergeven op de LCD-monitor.
De volgende weergavefuncties kunnen worden gewijzigd door telkens op de OK-knop
te drukken.
Normale weergave
Bij het aanzetten van de camera verschijnen
de opnamegegevens.
1 Flitsfunctie
3 Scherpstelfunctie
5 Autofocuskader
7 Aantal te maken opnamen
8 Batterij-indicatie
Histogramweergave
Er wordt informatie weergegeven over de
lichtverdeling in de opname.
Langs de horizontale as staat de helderheid
(donkerst aan de linkerkant en lichtst aan de
rechterkant) en langs de verticale as het aantal
pixels.
1 Sluitertijd
3 Histogram
(Nr. 1 en 2 verschijnen wanneer de
ontspanknop tot halverwege wordt ingedrukt.)
Geen weergave van informatie
Er worden geen opnamegegevens
weergegeven.
In de autofocusfunctie wordt het AF-kader
weergegeven.
Instellingen worden bij wijziging gedurende
enkele seconden weergegeven.
LCD-monitor uit
De LCD-monitor wordt uitgeschakeld.
U kunt de weergave niet uitschakelen in
de functies C en F.
De weergavefunctie opslaan
2 Weergavefunctie
4 Opnamefunctie
6 Kaart / intern geheugen
9 Datum en tijd
2 Diafragma
1
blz. 70
1 2 3
4
5 6
1 0 / 1 0 / 2 0 0 4
1 0 / 1 0 / 2 0 0 4
1 0 / 1 0 / 2 0 0 4
8
1 / 1 0 0
1 / 1 0 0
1 / 1 0 0
F 3 . 5
F 3 . 5
F 3 . 5
1
2
Normale weergave
7
100
1 1 : 2 0
1 1 : 2 0
1 1 : 2 0
9
4
100
3
37