Reinig de applicator zoals beschreven in hoofdstuk 14.
Controleer op de te verwachten effecten (zoals pijn, circulatie en mobiliteit).
Vraag de patiënt om de therapeut over eventuele reacties te informeren.
Elektrotherapie
Tijdens de behandeling mag de patiënt geen onaangename gewaarwordingen voelen die
neerkomen op pijn. Een licht gevoel van prikkeling is toegestaan.
Als als gevolg van de behandeling hoofdpijn, duizeligheid, duizeligheid, vermoeidheid en/of
andere (autonome zenuw) reacties ontstaan, moet de behandeling daarna met een lagere
intensiteit worden uitgevoerd.
Voorafgaand aan de behandeling
Zorg ervoor dat u de inhoud van deze handleiding hebt gelezen en begrepen voordat u met de
behandeling begint.
Controleer de patiënt op contra-indicaties.
Maak de huid van het te behandelen gebied met zeep of een 70% alcoholoplossing schoon. Het
scheren van behaarde huid wordt aanbevolen.
Test de warmtegevoeligheid van het te behandelen gebied.
Plaats de elektroden en/of sponzen (vergeet niet te bevochtigen).
Tijdens de behandeling
De intensiteit wordt ingesteld op het gewenste niveau.
De patiënt wordt regelmatig gevraagd om de gevoelde sensaties te melden. Indien nodig wordt de
behandeling aangepast.
Einde behandeling
De behandeling kan worden gestopt door de behandelingskop van de patiënt af te nemen en de
timer op nul te zetten. De behandeling stopt automatisch wanneer de behandelingstijd is verstreken.
Na de behandeling
Reinig de huid van de patiënt en de ultrageluidapplicator met een handdoek of tissue.
Reinig de applicator zoals beschreven in hoofdstuk 14.
Controleer op de te verwachten effecten (zoals pijn, circulatie en mobiliteit).
Vraag de patiënt om de therapeut over eventuele reacties te informeren.
Pagina 22 van 74
NL109-1498750-47 IFU