Voorschriften
3
Voorschriften
Respecteer voor een correcte installatie en het bedrijf van het product
alle geldende nationale en regionale voorschriften, technische regels en
richtlijnen.
Het document 6720807972 bevat informatie over de geldende voor-
schriften. Voor de weergave kunt u de zoekmachine voor handleidingen
op onze internetpagina gebruiken. Het internetadres vindt u op de ach-
terzijde van deze handleiding.
4
Rookgasafvoer
4.1
Toegelaten rookgastoebehoren
Het rookgastoebehoren voor de in deze instructie beschreven rookgasaf-
voersystemen zijn onderdeel van de CE-toelating van de warmteprodu-
cent.
Daarom adviseren wij het gebruik van Boschorigineel toebehoren.
De benamingen en artikelnummers zijn opgenomen in de algemene cata-
logus.
4.2
Montageaanwijzingen
GEVAAR
Vergiftiging door koolstofmonoxide!
Ontsnappend rookgas veroorzaakt levensgevaarlijk hoge concentraties
koolstofmonoxide in de ademlucht
▶ Zorg ervoor, dat de rookgasafvoerbuizen en de dichtingen niet be-
schadigd zijn.
▶ Gebruik bij de montage van het rookgasafvoersysteem uitsluitend het
door de fabrikant van de installatie toegelaten glijmiddel.
▶ Controleer het rookgastoebehoren bij het uitpakken op beschadigin-
gen.
▶ Respecteer de installatiehandleiding van het toebehoren.
▶ Kort het toebehoren tot de benodigde lengte in.
De snede verticaal uitvoeren en ontbramen.
▶ Breng het meegeleverde glijmiddel op de dichtingen aan.
▶ Schuif het toebehoren tot aan de aanslag in de mof.
▶ Installeer horizontale secties met 3 ° stijging (= 5,2 % of 5,2 cm per
meter) in de rookgasstromingsrichting.
▶ Totale rookgasafvoerbuis met buisklemmen borgen.
– Een buisklem op elke buis en op de richtingsverandering in de ver-
ticale sectie aanbrengen.
– Maximale afstand tussen twee buisklemmen: 2 m aanhouden.
– Bij grotere afstand meer buisklemmen aanbrengen.
▶ Controleer na afronding van de werkzaamheden de dichtheid.
Rookgasafvoertraject over meerdere verdiepingen
Wanneer het rookgasafvoertraject meerdere verdiepingen passeert,
moet deze in een schacht worden uitgevoerd.
Eisen bij de inbouw in een aanwezige schacht
▶ Wanneer de rookgasafvoerbuis in een aanwezige schacht wordt inge-
bouwd, eventueel bestaande aansluitopeningen met bouwmateriaal
dicht afsluiten.
4.3
Inspectieopeningen
Rookgasafvoersystemen moeten eenvoudig en veilig kunnen worden ge-
reinigd. Het moet mogelijk zijn:
• Doorsnede en dichtheid van de leidingen te controleren.
• Een voor het veilige bedrijf van de stookinstallatie benodigde door-
snede tussen rookgasafvoerbuis en schacht (secondaire ventilatie)
te controleren en te reinigen.
▶ Respecteer de nationale normen en voorschriften.
8
4.4
Rookgasafvoer in de schacht
4.4.1
Eisen aan de schacht
▶ Respecteer de nationale normen en voorschriften.
▶ Niet brandbare, vormvaste bouwmaterialen met de benodigde
brandvertraging toepassen.
4.4.2
Schachtmaten controleren
▶ Controleer of de schacht de toegestane maten heeft.
a
Afb. 4
Vierkante en ronde doorsnede
Vierkante doorsnede
Toebeho-
C
Secondaire venti-
93(x)
ren Ø
C
(14)3x
[mm]
a
[mm]
min
60 star
100 ×100
60 flexibel
100 ×100
80 star
120 ×120
80 flexibel
120 × 120
80/125
180 ×180
110 star
140 ×140
110 flexibel
140 ×140
110/160
220 ×220
125 star
165 × 165
125 flexibel
165 ×165
160
200 × 200
200
240 × 240
Tabel 6 Toegelaten schachtmaten
Ronde doorsnede
Toebeho-
C
Secondaire venti-
93(x)
ren Ø
C
(14)3x
[mm]
Ø D
min
[mm]
60 star
100
60 flexibel
100
80 star
120
80 flexibel
120
80/125
200
110 star
150
110 flexibel
150
110/160
220
125 star
165
125 flexibel
165
160
200
200
240
Tabel 7 Toegelaten schachtmaten
Condens 7000iW – 6720882461 (2021/10)
D
0010002732-002
latie
a
[mm]
a
[mm]
min
max
115 × 115
220 × 220
100 × 100
220 × 220
135 × 135
300 × 300
125 × 125
300 × 300
‒
300 × 300
170 × 170
300 × 300
150 × 150
300 × 300
‒
350 × 350
185 × 185
400 × 400
180 × 180
400 × 400
225 × 225
450 × 450
265 × 265
500 × 500
latie
Ø D
[mm]
Ø D
[mm]
min
max
135
300
120
300
155
300
145
300
‒
380
190
350
170
350
‒
350
205
450
200
450
245
510
285
560