2-2 De helderheid van het beeld instellen
2-2-2
Sluitertijd
Opmerking Aanwijzingen voor het instellen van de sluitertijd
2-2-3
Instelling versterkingsfactor
Opmerking Aanwijzingen voor het instellen van de versterkingsfactor
Stel de sluitertijd in op basis van de bewegingssnelheid van het meetobject en
de aanwezige verlichting.
MENU-modus - [Setup] - [Cameras] - [Shutter Speed]
Instelwaarde
1/170 tot 1/20000 s
Hiermee kunt u de sluitertijd instellen op de gewenste
waarde. Alleen de beschikbare sluitertijden worden weer-
gegeven. De beschikbare waarden zijn afhankelijk van de
aangesloten camera en de bedrijfsomstandigheden.
De sluitertijd heeft de volgende kenmerken. Selecteer de juiste sluitertijd voor
uw inspectie-eisen.
Sluitertijd
1/170 s
Langzaam
•
•
1/20000 s
Snel
De versterking van de sensor (gain) kan worden ingesteld als het niet moge-
lijk is om met alleen de instellingen voor sluitertijd en verlichting een helder
beeld te krijgen.
MENU-modus - [Setup] - [Cameras] - [Gain]
Instelwaarde
x 1,0, x 1,5, x 2,0
Hiermee stelt u de versterkingsfactor in.
x 1,0: de versterkingsfactor wordt niet gewijzigd (standaard).
x 1,5: de versterkingsfactor wordt ingesteld op 1,5X.
x 2,0: de versterkingsfactor wordt ingesteld op 2,0X.
Met de versterkingsinstellingen kunt u een helderder beeld verkrijgen, maar
de ruis in het beeld wordt daarmee ook versterkt. Selecteer de juiste verster-
kingsfactor voor uw toepassing.
Versterkingsfactor
x 1,0
Donker
↑ ↓
•
x 2,0
Helder
Beschrijving
Bewegingssnelheid van het meetobject
Beschrijving
Beeld
Goed (weinig ruis)
↑ ↓
Grof (opvallende ruis)
Werking
Beeldkwaliteit
19