Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Installatie Van Een Optioneel Relais Voor Een Extern Alarm; Aansluiten Van De Acculader En De Omvormer - Mastervolt SYSTEM MANAGER SMART Gebruikers- En Installatiehandleiding

Inhoudsopgave

Advertenties

3
Systeemzijde
Accuzijde
4
+
Secundaire
accu
9. Sluit
de
minkabel
installatie aan op de systeemzijde (figuur 2)
van de shunt.
10. Maak een verbinding tussen de minpool van
de secundaire accu (startaccu) en de
systeemzijde (figuur 2) van de shunt.
11. Sluit de accuzijde (figuur 2) van de shunt
aan op de minpool van de hoofdaccu.
Opmerking: wanneer er meerdere min
kabels op de minpool van de hoofdaccu
moeten worden aangesloten, moeten al
deze kabels aan de systeemzijde van
de shunt worden aangesloten. Aan de
accuzijde wordt tussen de shunt en de
hoofdaccu maar één kabel gebruikt.
12. Sluit de positieve polen van de accu's weer
op het systeem aan.
13. Controleer nogmaals alle bedrading van de
meter en installeer de twee zekeringen van 2
ampère.
Direct na de installatie van de twee zekeringen
gaan de LED's branden. Na ongeveer 5
seconden worden op de display de spanning,
de stroom, de oplaadstatus en de resterende
tijd van de hoofdaccu weergegeven.
Wanneer dit niet het geval is, controleer dan of
de kabels correct zijn aangesloten. Raadpleeg
hoofdstuk 14 (Problemen oplossen) wanneer de
Maart 2004 / System Manager Smart / NL
Lader
Omvormer
Belasting
+
Hoofdaccu
Figuur 2
van
de
elektrische
kabels op de juiste manier zijn aangesloten,
maar er niets op de display van de meter
verschijnt.
3.4
Installatie van een optioneel relais
voor een extern alarm
Hoewel de uitgang voor het relais is voorzien
van een interne zekering, mag het maximale
stroomverbruik
van
bedragen dan 100 mA. U kunt het relais zowel
als
maak
contact
verbreekcontact (normally closed) installeren.
Sluit de spoel van het relais (van 12 of 24 V dc)
aan tussen de gemeenschappelijke massa (pin
2) en pin 10 (normally open) of pin11 (normally
closed) van de aansluitklemmen van de System
Manager Smart.
3.5
Aansluiten van de acculader en de
omvormer.
Sluit altijd eerst de bekabeling tussen de accu
en de lader en omvormer aan alvorens de
System Manager Smart aan te sluiten op de
lader en de omvormer.
Verbreek eerst de verbindingen met de System
Manager Smart indien u de bedrading tussen de
accu
en
de
omvormer
verwijderen.
Voor een juiste werking van de System
Manager Smart moet de "ON/OFF"-schakelaar
van de omvormer in de "REMOTE"-stand staan.
het
relais
niet
meer
(normally
open)
als
/
acculader
wilt
7

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

07-04-00110

Inhoudsopgave