Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Synchronisatie En Instellen Accucapaciteit; Synchronisatie; Het Accuvermogen Instellen - Mastervolt SYSTEM MANAGER SMART Gebruikers- En Installatiehandleiding

Inhoudsopgave

Advertenties

5
SYNCHRONISATIE EN
INSTELLEN ACCUCAPACITEIT
Zie het menudiagram (figuur 5).
5.1

Synchronisatie

Hoewel
de
meter
"zelflerend" is, dient u de meter in te stellen op
de
spanning
en
het
geïnstalleerde accu's.
Laad wanneer u de meter met de geïnstalleerde
accu's wilt synchroniseren, na installatie van de
System Manager Smart de accu's minimaal 24
uur met een geschikte acculader op, zodat u
zeker weet dat de accu's 100% zijn opgeladen.
Hierna gaat de gele LED branden als teken dat
de accu volledig is opgeladen. Nu wordt de
System Manager Smart gesynchroniseerd met
de geïnstalleerde accu.
5.2

Het accuvermogen instellen

De
standaard
fabrieksinstelling
accuvermogen is 200 Ah (ampère uur). Stel
voor een hoge nauwkeurigheid van de functie
'resterende tijd' en de indicatie van het
oplaadpercentage de meter in op het vermogen
van de geïnstalleerde accu.
Wanneer u de volgende stappen uitvoert, weet
u zeker dat het juiste accuvermogen is ingesteld
en de aflezingen zo nauwkeurig mogelijk zijn.
Opmerking: het accuvermogen kan
alleen worden ingesteld wanneer de
accu's 100% zijn opgeladen. De functie
time remaining (resterende tijd) en de
verbruikte Ah worden opnieuw ingesteld
wanneer
de
accuvermogen worden gewijzigd.
Druk 3 seconden op de knop Select totdat op
het scherm de melding "HISTORIC DATA"
verschijnt.
HISTORIC DATA
->PRESS SET-UP
Druk nogmaals op de knop Select: "BATTERY
ALARM".
BATTERY ALARM
->PRESS SET-UP
14
voor
veel
onderdelen
vermogen
van
de
voor
het
instellingen
voor
Druk nogmaals op de knop Select totdat
"INSTALL LEVEL" wordt weergegeven.
INSTALL LEVEL
->PRESS SET-UP
Druk op de knop Set om het accuvermogen
weer te geven.
BATTERY CAP.
200 Ah
Stel met de knop Set het gewenste vermogen
van de hoofdaccu in.
Opmerking: wanneer u de knop Select
drie
seconden
verandert de richting van de pijl aan de
rechterkant van de display. Wanneer de
pijl omlaag wijst ( ), kunt u de
ingestelde waarde verlagen met de
knop Set. Wanneer de pijl omhoog wijst
( ), kunt u de ingestelde waarde
verhogen.
Wanneer het accuvermogen is ingesteld
en er niet op knoppen wordt gedrukt,
schakelt de System Manager Smart na 15
seconden
weer
gebruikersmenu.
Bij 12-volt-systemen kan het vermogen van alle
geïnstalleerde accu's voor de hoofdaccubank
worden
opgeteld.
Wanneer
accusysteem
wordt
vermogen van alle accu's in de hoofdaccubank
bij elkaar opgeteld en door twee gedeeld.
Voorbeeld: Een
hoofdaccubank
geïnstalleerde accu's van elk 12 Volt en 100 Ah.
Bij
een
12-volt-systeem
accuvermogen op 200 Ah instellen. Bij een 24-
volt-systeem moet u het accuvermogen op 100
Ah instellen.
U hoeft het vermogen van de hulpaccu
(startaccu) niet in te stellen.
Maart 2004 / System Manager Smart / NL
ingedrukt
houdt,
terug
naar
het
een
24-volt-
gebruikt,
wordt
het
met
twee
moet
u
het

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

07-04-00110

Inhoudsopgave