6
BEDIENING
Dank zij de combinatie van een groot display
met achtergrondverlichting en een duidelijk
leesbare LED-balk is de System Manager
Combi zeer eenvoudig te bedienen.
Op de LED-balk ziet u hoever de accu ongeveer is
opgeladen. Elke LED geeft 20% van het
accuvermogen aan. De extra gele LED geeft aan
dat de accu opgeladen is en klaar is voor gebruik.
Wanneer de accu wordt ontladen, gaan er
minder LED's branden. Wanneer de accu na
een ontlading wordt opgeladen, gaan er meer
LED's branden, afhankelijk van de oplaadstatus
van de accu. Wanneer de accu 92-100% is
opgeladen, gaat de gele LED branden als teken
dat de accu gereed is voor een nieuwe cyclus.
Na inschakeling verschijnt het gebruikersmenu
op de display.
De spanning op de polen van de hoofdaccu
•
(linkerbovenhoek)
De
stroom
in
•
(rechterbovenhoek)
De oplaadstatus van de accu in een
•
percentage (linkerbenedenhoek)
De tijd dat de accu kan worden gebruikt
•
voordat
deze
(rechterbenedenhoek). Deze functie van
resterende tijd wordt aangeduid als "------"
wanneer de accu is opgeladen. De maximale
aflezing tijdens een ontlading bedraagt 255
uur (> 10 dagen).
U kunt elk van de hierboven genoemde waarden
afzonderlijk op de display weergeven. U kunt ook
informatie over de spanning van de secundaire
accu (startaccu) weergeven. Het verbruikte
vermogen verschijnt wanneer u met de knop
Select door dit gebruikersmenu schuift.
14
en
uit
de
accu
volledig
leeg
is
Zie
voor
meer
menudiagram op pagina 10. Het getal
tussen haakjes komt overeen met het
getal zoals genoemd in dit diagram.
Accuspanning en stroom (2)
In dit niveau van het gebruikersmenu wordt de
spanning en de stroom van de hoofdaccu
weergegeven. Een minteken voor het aantal
ampère betekent dat de accu wordt ontladen.
Wanneer er geen minteken staat, wordt de accu
opgeladen en wordt de laadstroom op de
display weergegeven.
Spanning start accu (3)
In dit niveau wordt de spanning van de
secundaire
accu
(startaccu)
Wanneer
er
geen
geïnstalleerd, is deze functie niet beschikbaar.
De System Manager Combi neemt automatisch
waar of er een secundaire accu (startaccu) op
de meter is aangesloten.
Accu status (4)
Dit niveau geeft de oplaadstatus van de hoofdaccu
weer als percentage van het vermogen van de
geïnstalleerde accu. Dit percentage geeft een
indicatie van de oplaadstatus van de accu. Deze
waarde wordt automatisch gecompenseerd door
de charge efficiency factor C.E.F. (laad rendement )
en de Peukert-exponent (zie hoofdstuk 11 voor
meer informatie over de C.E.F. en de Peukert-
exponent).
Een accu wordt als volledig opgeladen (100%)
beschouwd als:
1 Alle ontladen Ah plus 1 Ah weer in de accu
zijn geladen. (werkelijke telling zonder CEF)
V2.1 / April 2003 / System Manager Combi / NL
informatie
ook
het
weergegeven.
secundaire
accu
is