Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Basisgebruik; Bevestiging Vóór Meten - Mitutoyo 530-101 Gebruikershandleiding

Inhoudsopgave

Advertenties

5

Basisgebruik

■ Gebruik van de schuifmaat/dieptemeter
Voor schuifmaat
Pak de schuifmaat licht met uw rechterhand vast, plaats uw rechterduim op de
duimgreep en verplaats de schuifmaat horizontaal om te meten.
Voor dieptemeter
Breng de voet met één hand in nauw contact met het werkstuk en verplaats de
hoofdschaal verticaal met de andere hand om de meting uit te voeren.
Tips
Raadpleeg «7. Meetmethode» voor meer informatie over
meetmethoden.
Draai voor modellen met fijnverstelling de fijnverstellingsklem vast
en draai de fijnverstelling voor een fijne beweging van de schuif
(schuifmaat) of de balk (dieptemeter).
■ De schuifregelaar vastzetten/voet
De hoofdschaal en Nonius-schaal worden meestal gemeten met het werkstuk
vastgeklemd (of in nauw contact). Afhankelijk van de meetlocatie, de oriëntatie
tijdens het meten, enz., kan het echter moeilijk zijn om in deze positie een
waarde te verkrijgen. Draai in dit geval de borgschroef (schuifmaat) of de
klemschroef (dieptemeter) vast, verplaats de schuifmaat/dieptemeter voorzichtig
weg van het werkstuk en lees de schaalverdeling af.
Tips
Voor schuifmaten met automatische klem fungeert de duimgreep als
de automatische klem. Duw de steun in de richting van de staaf om
de klem te vrij te geven en om de schuifregelaar te laten bewegen.
Laat de steun los om de schuif in die positie te fixeren.
■ De schaalverdeling aflezen
Lees de hoofdschaal en Nonius-schaalverdelingen af vanaf de voorkant.
• Er is een klein positieverschil (H) tussen
de hoofdschaal en de Nonius. Daarom
veroorzaakt parallax een meetfout ( Δ L)
wanneer de schaalverdeling onder een
hoek wordt afgelezen.
• Als kijken onder een schuine hoek
onvermijdelijk is, raden we een type met
meetklok of een digitaal type aan die geen
last hebben van parallax.
6
Bevestiging vóór meten
■ Controleren van de slede
Bevestig dat er geen onregelmatige beweging is en dat de slede soepel over
de liniaal beweegt.
Bevestig dat er geen speling van de slede in verticale richting tegen het
glijoppervlak is.
■ Bevestiging de uitlijning van de nullijn van de hoofdschaal en de
Noniusschaal
Sluit de schuifmaat en schuif de meetvlakken tegen elkaar, bevestig dat de
nullijnen van de schaalverdelingen zijn uitgelijnd.
Gebruik voor de dieptemeter een oppervlakteplaat, enz. om het meetvlak
en referentieoppervlak uit te lijnen en bevestig dat de nullijnen van de
schaalverdelingen zijn uitgelijnd.
■ Bevestiging van de speling (slijtage) tussen meetvlakken van schuifmaat
Wanneer de buitenste meetvlakken gesloten zijn en tegen het licht worden
gehouden, bevestig dan dat er geen spleet tussen de meetvlakken is waar te
nemen, of dat een zwak licht zichtbaar is. Bevestig ook dat de uiteinden niet
zijn vervormd.
Wanneer de binnenmeetvlakken gesloten zijn en tegen het licht worden
gehouden, moet u de schalen observeren en bevestigen dat een licht
uniform zichtbaar is en dat de punten niet vervormd zijn.
H
OK
H
ΔL
5
No. 99MAC002N

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave