Aanbevolen scheidingsafstanden tussen draagbare en mobiele RF-communicatieapparatuur en de
UITRUSTINGEN of SYSTEMEN – Voor alle UITRUSTINGEN en SYSTEMEN die niet LEVENSVOORZIENEND zijn
Aanbevolen scheidingsafstanden tussen draagbare en mobiele RF-communicatieapparatuur en de pulsoximeter (MD300C2)
De pulsoximeter (MD300C2) is bedoeld voor gebruik in een elektromagnetische omgeving waarin uitgestraalde RF-storingen worden beheerst. De
consument of de gebruiker van de pulsoximeter (MD300C2) kan elektromagnetische interferentie helpen voorkomen door een minimale afstand aan te
houden tussen draagbare en mobiele RF-communicatieapparatuur (zenders) en de pulsoximeter (MD300C2), zoals hieronder wordt aanbevolen, in
overeenstemming met het maximale uitgangsvermogen van de communicatieapparatuur.
Nominaal maximaal
uitgangsvermogen van
zender (W)
0,01
0,1
1
10
100
Voor zenders met een maximaal uitgangsvermogen dat hierboven niet is vermeld, kan de aanbevolen scheidingsafstand in meters (m) worden geschat
met behulp van de vergelijking die van toepassing is op de frequentie van de zender, waarbij P het maximale uitgangsvermogen van de zender in watt
(W) is volgens de fabrikant van de zender.
OPM. 1 Bij 80 MHz en 800 MHz is de scheidingsafstand voor het hogere frequentiebereik van toepassing.
OPM. 2 Deze richtlijnen zijn mogelijk niet van toepassing in alle situaties. Elektromagnetische verbreiding wordt beïnvloed door absorptie- en
reflectiestructuren, voorwerpen en mensen.
v. 09/04/2021
D.SPEC. 05.5 Pulse Oxymètre MD300-C29 – Mode d'emploi NL
Scheidingsafstand naargelang de frequentie van de zender (m)
80 MHz tot 800 MHz
0,1167
0,3689
1,1667
3,6893
11,6667
800 MHz tot 2,5 GHz
0,2334
0,7378
2,3334
7,3786
23,3334
8/10