Chorus
Om te voorkomen dat het orgel een te star, steriel klinkend instrument zou zijn, is het
instrument zodanig ontworpen dat verschillende registers zeer licht ten opzichte van elkaar
zijn ontstemd. Deze lichte verstemmingen geven het orgel een "breder", meer "levendig"
karakter. Door het inschakelen van dit register wordt dit effect versterkt.
Intonatie 2
Intonatie bepaalt de klankkleur van het orgel. In de pijporgelbouw is het intoneren een zeer
belangrijk onderdeel van het vak. Bij ieder pijporgel wordt register voor register afgeregeld
op de ruimte waarin het instrument staat.
Uw orgel is standaard uitgevoerd met twee intonaties, namelijk een romantische en een
barokke intonatie. Een romantisch orgel is over het algemeen wat "ronder" van klank,
terwijl de klankkleur van een barok geïntoneerd orgel wat helderder is. Zie verder het
hoofdstuk "Keuze van stemming".
MIDI-registers
De MIDI-registers vormen een aparte groep speelhulpen. Zie voor het gebruik hiervan het
hoofdstuk "Toepassen van MIDI".
Display
Rechts boven de manualen bevindt zich een z.g. LCD-display. Op de display zijn
verschillende instellingen af te lezen:
! Gekozen setzer-geheugengroep (Memory 1 t.m. 8). Zie verder bij "Gebruik van het
setzer".
M e m :
1
T r a n s :
! Volume-instelling (Volume 1 t.m. 25). Zie verder bij "Drukknoppen, Instelling volume".
M e m :
1
T r a n s :
! Toonhoogte-instelling (Tune 426Hz t.m. 454Hz). Zie verder bij "Drukknoppen, Instelling
toonhoogte".
M e m :
1
T r a n s :
! Transposer-stand (Transposer –3 t.m.+3 halve tonen). Zie verder bij "Drukknoppen,
Instelling Transposer".
M e m :
1
T r a n s :
! Generaal crescendo-instelling.
Gebruikershandleiding
V o l : 1 2
T u n e : 4 4 0
0
C r e s c e n d o : O f f
V o l : 1 2
T u n e : 4 4 0
0
C r e s c e n d o : O f f
V o l : 1 2
T u n e : 4 4 0
0
C r e s c e n d o : O f f
V o l : 1 2
T u n e : 4 4 0
0
C r e s c e n d o : O f f
JOHANNUS
JOHANNUS
JOHANNUS
JOHANNUS
9
Rembrandt 200, 300, 2000 en 3000