Volg de aanwijzingen en voorschriften in deze gebruikershandleiding. Bewaar deze gebruikershandleiding bij het orgel. Alleen een door Johannus Orgelbouw b.v. geautoriseerde technicus mag het orgel openen. Het orgel bevat elektrostatisch gevoelige componenten. De garantie vervalt als niet geautoriseerden het orgel openen.
INSTALLATIE Plaatsing en aansluiten Vivaldi 15 Vivaldi 25 1. Plaats het orgel op een horizontale en stabiele ondergrond. 2. Laat het orgel iets naar achter hellen. 3. Schuif het pedaalpaneel (A) tegen het orgel (B) aan. 4. Zet het orgel recht.
Inschakelen Schakel het orgel in met de aan/uit-knop rechts naast de manualen. Wacht enkele seconden. Het opstarten van de bedieningsfuncties en de instellingen kost enige tijd. De lampjes van de aan/uit- en 0-knop gaan branden en de instellingen verschijnen op de display. Transport en opslag Let bij transport en opslag op de volgende aspecten: Verwijder de lessenaar en het pedaal van het orgel.
BESCHRIJVING VAN HET ORGEL Overzicht hoofdonderdelen Vivaldi 15 Vivaldi 25 A Roldeksel B Roldeksel-slot C Lessenaar Vivaldi 15 C Lessenaar met tweeters Vivaldi 25 C Lessenaar met tweeters Vivaldi 35 D Luidsprekers E Generaal Crescendo pedaal F Zweltreden G Pedaal...
MIDI MOD.: Is een programmeerbare MIDI-uitgang om bijvoorbeeld een module of expander op aan te sluiten. MIDI SEQ.: Is een niet-programmeerbare MIDI-uitgang om bijvoorbeeld een sequencer of PC (met het optionele Johannus Intonat programma) op aan te sluiten.
Pagina 13
AUX OUT: Is een uitgang is voor het aansluiten van een externe (stereo) versterker. EXT. REV.: Is een uitgang bestemd voor het aansluiten van een Johannus externe akoestiek. Dit is een systeem dat het ruimtelijk effect van een concertzaal of kathedraal nabootst. Gebruik deze uitgang niet voor andere doeleinden.
Zweltreden Zweltreden regelen de volumes van Hoofdwerk/Pedaal het Zwelwerk en het Positief (Vivaldi 15 / 25) (Vivaldi 35) Akoestiek (Adaptive Surround Reverb ASR 12) Het ASR 12 nagalmsysteem produceert een digitaal akoestiekeffect. Dit effect zorgt voor een ruimtelijke weergave van de orgelklank dat traploos geregeld kan worden.
Als er geen subgroep wordt gekozen wordt automatisch Klassiek geselecteerd. Fabrieksintonatie Opslaan van de intonatiegegevens Voor het opslaan van de intonatiegegevens heeft u het Johannus intonatieprogramma nodig. 1. Sluit een PC aan op het orgel. Gebruik de MIDI SEQ.-uitgang. Zie § 3.4.
Positief (Vivaldi 35) Koppelt de toetsen van het Zwelwerk volledig aan het Positief. Zwelwerk – Hoofdwerk: register op het Hoofdwerk (Vivaldi 15 / 25 / 35) Koppelt de toetsen van het Zwelwerk volledig aan het Hoofdwerk. Positief – Hoofdwerk: register op het Hoofdwerk (Vivaldi 35) Koppelt de toetsen van het Positief volledig aan het Hoofdwerk.
Pagina 17
Manuaal Bas (MB): Koppelt het pedaal monofoon aan het Hoofdwerk. Alleen de laagst gespeelde toon op het Hoofdwerk wordt van het pedaal naar het Hoofdwerk gekoppeld. Activeer de Manuaal Bas via de MB-knop. Wordt alleen de laagste toon van een akkoord losgelaten, valt de door de MB-functie geactiveerde toon weg totdat opnieuw een laagste toon gespeeld wordt.
Speelhulpen Chorus (CH): Is een functie voor het licht verstemmen van de registers van het orgel om het een breder en meer levendige klank te geven. Activeer de Chorus via de CH-knop. Fix Accessories (FA): Is een functie voor het vastzetten van speelhulpen.
4.12 Setzergeheugen Met behulp van het setzergeheugen kan met één knop een registratie actief gemaakt worden. De setzergeheugen bestaat uit acht niveaus. Elk niveau heeft acht geheugenplaatsen. Deze niveaus zijn op de display te zien (Mem:..). De 128 setzergeheugenplaatsen zijn leeg bij aanvang en zelf te programmeren.
Veranderen van de transpositeur 1. Druk de TRANS.-knop in. 2. Stel met de - en de + knoppen de toonhoogte in. De toonhoogteverandering staat niet in het geheugen. Bij het opnieuw inschakelen van het orgel komt de laatst geprogrammeerde toonhoogte terug. Programmeren van de transpositeur 1.
4.15.2 MIDI-Config MIDI is een protocol voor communicatie tussen het orgel en andere apparatuur, zoals: Sequencer Andere muziekinstrumenten Met de programmeerbare MIDI-registers kunt u een willekeurige modulestem (1-128) via een willekeurig MIDI-kanaal (1-16) aansturen. 1. Druk de MENU-knop in. Op de display verschijnt MIDI Program. 2.
4.15.4 Temperaments De functie Temperaments stelt de stemmingskeuze in. Deze instelling kan niet worden opgeslagen. Bij het opnieuw inschakelen van het orgel staat deze automatisch op Equal. 1. Druk de MENU-knop in. 2. Selecteer met de - en + knoppen de functie Temperaments op de display.
4.15.6 Reset Procedures Met de functie Reset Procedures kan het setzergeheugen gewist worden, of een aantal instellingen terug naar de fabrieksinstellingen worden gezet. 1. Druk de MENU-knop in. 2. Selecteer met de - en + knoppen de functie Reset Procedures op de display.
4.15.8 Demo Songs De functie Demo Songs speelt dertien verschillende demo songs af. 1. Druk de MENU-knop in. 2. Selecteer met de - en + knoppen de functie Demo Songs. 3. Druk de SET-knop in. Op de display verschijnt de titel en componist van de eerste demo song.
4.15.10 Reverb 1. Gebruik de knoppen ROM, SYM, BAR, HIS (stijlen), SOLO en TRIO (intonatie) om de stijl en de intonatie te activeren waarvan u de galm wilt wijzigen. 2. Druk op de MENU-knop. 3. Selecteer met de - en + knoppen de functie Reverb op de display. 4.
Pagina 27
9. Druk één toets in op het corresponderende werk en houdt de toets vast. Op de display verschijnt achter Key: de toetsindicatie en achter Vol: het volume. 10. Kies met de - en + knoppen het gewenste volume. 11. Druk de SET-knop in om de wijziging op te slaan. 12.
4. Kies met de - en + knoppen het manuaal waarvan de instelling gewijzigd moet worden. Choir: Positief Vivaldi 35 Great: Hoofdwerk Vivaldi 15 / 25 / 35 Swell: Zwelwerk Vivaldi 15 / 25 / 35 Pedal: Pedaal Vivaldi 15 / 25 / 35 5.
ONDERHOUD, STORINGEN EN GARANTIE Onderhoud Overzicht Onderdeel Onderhoud Frequentie Meubel Schoonmaken. Zie § 5.1.1. Indien nodig Manualen Schoonmaken en krassen Indien nodig wegwerken. Zie § 5.1.2. 5.1.1 Onderhoud meubel Het meubel bestaat uit massief hout en houtfineer. Gebruik geen meubel- of teakolie bij het poetsen van het orgelmeubel.
6. Neem contact op met uw dealer als het pedaal niet volledig werkt. Garantie In het garantiebewijs zijn alle bepalingen opgenomen. De garantie vervalt bij veranderingen of reparaties aan het orgel door personen of instanties, die hiertoe niet gemachtigd zijn door Johannus Orgelbouw b.v..
MIDI specificaties In deze paragraaf worden de specificaties die in de MIDI implementatiekaart staan meer gedetailleerd uitgewerkt. Default basic channels (transmitted/recognized) 2-manuaals instrument (met standaardklaviervolgorde): 1: Hoofdwerk 2: Zwelwerk 3: Pedaal 12: Registers 3-manuaalsinstrument (met standaardklaviervolgorde): 1: Positief 2: Hoofdwerk 3: Zwelwerk 4: Pedaal 12: Registers...
Pagina 33
De eerste 7 bytes en de laatste byte zijn altijd hetzelfde. Alleen de waarde van de 8e byte varieert. Dit is de algemene door Johannus gebruikte ‘sys ex message’: F0 00 4A 4F 48 41 53 XX F7 (hexadecimaal). Bij de hieronder beschreven ‘sys ex messages’ wordt daarom alleen de waarde van de 8e byte (XX) vermeld en vanaf welke uitgang deze verzonden wordt.