Glasraam verwijderen (fig. 1)
Altijd de ruit zonder logo (rechter ruit) gebruiken om
toestel open te maken. Dit in verband met de drukveren
in de glasstrip.
• Verwijder de 6 parkers (3) van de glasstip boven (4).
• Neem de glasstrip boven (4) weg.
• Verwijder de 6 parkers (5) van de rechter glasstrip (6).
• Neem de rechter glasstrip (6) en vervolgens de rechter
ruit (zonder logo) weg.
U kunt het toestel vrij plaatsen, tegen één lange muur of in
een hoek.
Bij het vrij plaatsen van het toestel dient u zelf bouwkundige
voorzieningen te treffen om het toestel stevig te plaatsen.
Bij het tegen een muur plaatsen of in een hoek, moet het
luchtkanaal minimaal 17 mm van de muur af staan. Dit
bereikt u door de muurbeugel (7) op minimale stand te zet-
ten. Bij maximale stand is het luchtkanaal 56 mm verwijdert
van de muur. Let op dat bij het in een hoek plaatsen het
andere luchtkanaal ook minimaal 17 mm vrij ligt van de
muur.
Plaats vervolgens het toestel op de gewenste plaats.
Het is niet toegestaan om het toestel op een dichte plaat te
zetten zonder dat de poten worden gebruikt. Indien men
het toestel toch zonder poten wilt plaatsen moet men deze
op een plaat zetten met gaten voor beluchting.Als men dit
niet doet, wordt het gasregelblok en de ontvanger veel te
warm, tevens ontstaat er een onveilige situatie.
Houd in de boezem enige ruimte rondom het toestel
zodat de warmte weg kan.
Voor een goede luchtaanvoer: beluchting middels bedie-
ningsluikje en spleet van 20 mm bij uitbouw en 5 mm bij
inbouw (figuur 5 en 6).
Voor een goede warmteafvoer: dient de boezem voldoen-
de ontlucht te worden, minimaal 200 cm
11
13
14
38c-1153
2
.
10
11
12
fig. 2
INSTALLATIEVOORSCHRIFT
Na het plaatsen moet het toestel met de wandbeugel (7)
en de bijgeleverde twee keilhulzen aan de wand bevestigd
worden. Afhankelijk van het toestel t.o.v. de muur, kunt u
de wandbeugel 90 graden draaien. Dit doet u door de
vier inbusbouten (9) en de bevestigingsplaat (8) te verwij-
deren. Draai de beugel en bepaal de gewenste afstand en
monteer vervolgens de bevestigingsplaat en de inbusbou-
ten weer.
Voor boezemopbouw kunt u kiezen uit twee mogelijkhe-
den, nl.:
• Toestel uit de boezem laten steken (zogenaamde uitbouw)
• Toestel terugliggend in de boezem (zogenaamde inbouw)
Indien u uw toestel wilt uitbouwen, moet u de uitbouwset
gebruiken bestaande uit:
• RVS boezemaanslag boven (10)
• RVS boezemaanslag links en rechts (11)
• Afdekplaten (12 en 13)
Monteer de onderdelen zoals aangegeven in figuur 2.
Let op: afdekplaten pas plaatsen nadat de boezem is afge-
werkt (stucen, sauzen, behangen o.i.d.).
Let op dat de isolatie deken bovenop het toestel niet nat
wordt of onder behanglijm komt.
Indien u uw toestel wilt inbouwen, heeft u de uitbouwset
niet nodig.
Sluit het toestel aan.
De ontstekingskabel is voor produktie opgerold omdat
deze 1000 mm lang is. Na installatie moet de ontstekings-
kabel worden afgewikkeld om lekkage en slecht funktio-
neren van de ontsteking te voorkomen.
Let op: Om een goede ontsteking te waarborgen moet
de ontstekingskabel zoveel mogelijk vrij liggen van de
metalen delen van het toestel. Draai deze dus niet om de
gas-, waakvlam-, of thermokoppelleiding.
Maak een boezem volgens figuur 3 of 4.
Let op: de maten in figuur 3 en 4 zijn inwendige maten!
Indien u besluit de boezem te gaan maken van plaatmate-
riaal (b.v. promatect (P)) kunt u e.e.a. opbouwen met C-
profielen (Q) zoals aangegeven in figuur 8.
3
P
Q
10
fig. 8
Paco