NEDERLANDS
16) GEBRUIK VAN HET AANDRIJFSYSTEEM
Het aandrijfsysteem kan zowel op afstand als binnen zichtafstand met de
afstandsbediening of de knoppen worden bediend. Het is daarom absoluut
noodzakelijk dat regelmatig wordt gecontroleerd of alle veiligheidsvoorzie-
ningen juist functioneren.
LET OP: reageer onmiddellijk als u een onregelmatigheid bespeurt in het
functioneren van de veiligheidsvoorzieningen en roep, indien nodig, de hulp
in van een erkend technisch specialist. Het is raadzaam kinderen ver buiten
het werkgebied van het aandrijfsysteem te houden.
17) BEDIENING
Met het aandrijfsysteem kunt u de poort gemotoriseerd openen en sluiten. U
kunt het systeem op verschillende manieren bedienen (bijvoorbeeld handma-
tig, met de afstandsbediening of met een magneetkaart). De bedieningswijze
is afhankelijk van de behoefte van de gebruiker en de kenmerken van de
installatie. Raadpleeg de bijbehorende instructies voor de verschillende
bedieningssystemen.
De installateur is verplicht de gebruiker instructies te geven over het
correcte gebruik van het aandrijfsysteem en richt zich daarbij uitdruk-
kelijk ook op de handelingen die dienen te worden uitgevoerd in geval
van nood.
18) ONDERHOUD
LET OP: sluit de stroomtoevoer af bij onderhoudswerkzaamheden
aan de installatie.
De volgende onderhoudswerkzaamheden dienen te worden uitgevoerd:
• De smering van metalen heugels dient jaarlijks te worden gecontroleerd.
• De schuifrail dient altijd schoon en vrij van obstakels te zijn.
• De optische elementen van de fotocellen dienen regelmatig te worden
gereinigd.
• Laat de juiste afstelling van de koppelbegrenzing controleren door een
erkend technisch specialist (installateur). Bij een onregelmatigheid in het
functioneren die u niet kunt verhelpen, dient u de stroomtoevoer af te sluiten
en de hulp in te roepen van een erkend technisch specialist (installateur).
Als het aandrijfsysteem langere tijd niet wordt gebruikt, kunt u de noodvrij-
gave activeren (zie paragraaf 'Noodbediening') zodat het rondsel vrij kan
draaien en de poort handmatig kan worden geopend en gesloten.
19) GELUID
Het geluidsniveau van de reductiemotor onder normale omstandigheden is
constant en niet hoger dan 70 dB(A).
20) VERNIETIGING
De materialen dienen volgens de plaatselijke regelgeving te worden afgevoerd.
Het aandrijfsysteem kan zonder gevaar of risico worden vernietigd. Als de
materialen worden gerecycled, dient u deze op type te scheiden (elektrische
onderdelen, accu's, koper, aluminium, plastic, etc.).
21) DEMONTAGE
Als het aandrijfsysteem moet worden gedemonteerd en elders weer moet
worden geïnstalleerd, gaat u als volgt te werk:
• Sluit de stroomtoevoer af en zorg dat er geen spanning meer staat op de
elektrische onderdelen.
• Verwijder de reductiemotor van de fundering.
• Demonteer het bedieningspaneel, indien niet ingebouwd, en alle onder-
delen van de installatie.
• Als onderdelen niet kunnen worden verwijderd of als deze zijn beschadigd,
dient u deze te vervangen.
22) STORINGEN EN OPLOSSINGEN
22.1) Onjuist functioneren van het aandrijfsysteem
• Controleer met geschikt gereedschap of er spanning staat op de klemmen
van de aandrijving wanneer u het commando voor openen of sluiten van
de poort hebt gegeven.
• Verwissel de stuurkabels voor de motor in de besturing als de vleugel zich
in de verkeerde richting beweegt.
• Stoppen van de vleugel: als de inschakeltijd te kort is, kan het voorkomen
dat de vleugel niet volledig opent of sluit. Vergroot de inschakeltijd enigs-
zins in de besturing.
22.2) Onjuist functioneren van de elektrische accessoires
Alle bedieningseenheden en veiligheidsvoorzieningen kunnen, bij defect,
6 -
ICARO Ver.04
GEBRUIKERSHANDLEIDING
onregelmatigheden veroorzaken in het functioneren van het aandrijfsysteem
of dit blokkeren. Lokaliseer het probleem als de bedieningseenheid is uitgerust
met een autodiagnosefunctie. In geval van een defect is het raadzaam alle
bedieningseenheden van het aandrijfsysteem één voor één te verwijderen
en te overbruggen tot u het onderdeel hebt gevonden dat het probleem
veroorzaakt. Als u het onderdeel hebt gerepareerd of vervangen, sluit u alle
losgekoppelde onderdelen weer aan. Raadpleeg voor alle geïnstalleerde
onderdelen de bijbehorende handleiding.
OPMERKINGEN. Het juist functioneren van het aandrijfsysteem kan
alleen worden gegarandeerd als de informatie in deze handleiding
in acht wordt genomen. De fabrikant kan niet aansprakelijk worden
gehouden voor schade die is ontstaan door het niet in acht nemen
van de installatienormen en de aanwijzingen in deze handleiding. De
fabrikant is niet verantwoordelijk voor de beschrijvingen en illustraties
in deze handleiding. Indien de essentiële kenmerken van het product
ongewijzigd blijven, behoudt het bedrijf zich het recht voor te allen tijde
wijzigingen aan te brengen aan het product die worden gezien als een
verbetering van het product op het gebied van techniek, verkoop en
fabricage zonder verplichting tot wijziging van deze publicatie.