5 Bediening
5.3
Overzicht vermogensniveaus
Vermogensni-
veau
1
2
3
4
5
6
7
8
9
P
5.4
Kookzone uitschakelen
▸ Selecteer met de slider de gewenste kookzone.
▸ Tip de slider «0» aan.
– Als verder niets wordt ingevoerd en de andere kookzones uitgescha-
keld zijn, wordt het toestel na 10 seconden uitgeschakeld.
5.5
Restwarmte-indicatie
Zo lang er sprake is van gevaar voor verbrandingen, brandt
schakelen op het display van de betreffende kookzone.
20
Gaarprocedé
Smelten, voorzichtig
verwarmen
Wellen
Doorkoken,
inkoken, stoven
Doorkoken, smoren
Behoedzaam
braden
Braden, frituren
Sterk braden
Snel verhitten
Praktische toepassing
Boter, chocolade,
gelatine, sauzen
Rijst
Groente, aardappels, sauzen,
fruit, vis
Deegwaren, soepen, smoorvlees
Rösti, omeletten, gepaneerde
gerechten, braadworsten
Vlees, patates frites
Steaks
Water aan de kook brengen
na het uit-