NED
4.1 Voorbereiding doorvoer van de elektrische
kabels
Modellen UE001 tot UE018
uitwendig, onderaanzicht
Modellen UE025 tot UE065
buitenkant unit, zijaanzicht
Key to Figs. 4.a & 4.b:
1. ingang voedingskabel;
2.
optionele kabelinvoer (na het
3.
Ingang sensorkabel. Verwijder op de modellen UE001 tot UE018 het
plastic "lipje" en gebruik het om de kabel vast te zetten (op zijn plaats
gehouden door de meegeleverde schroeven).
4.2 Aansluiting voedingskabel
Voordat u de aansluitingen maakt, moet u ervoor zorgen dat de machine is
losgekoppeld van het elektriciteitsnet.
Controleer of de voedingsspanning van het apparaat overeenkomt met de
waarde aangegeven op het typeplaatje aan de binnenkant van het
elektrische paneel. Steek de voedings- en massakabels in het
compartiment van het elektrische paneel met behulp van de
meegeleverde kabelwartel, of door de kabelwartel met kabelstop, en sluit
de uiteinden aan op de klemmen. De voedingskabel van de bevochtiger moet
door de installateur worden voorzien van een onderbrekingsschakelaar en
zekeringen die beschermen tegen kortsluiting. Tabel 11.a vermeldt de
aanbevolen doorsneden van de voedingskabel en de aanbevolen waarden
voor zekeringen; merk echter op dat deze gegevens louter een richtlijn zijn
en dat, in het geval van een afwijking van de lokale normen, deze laatste
prevaleren.
Notitie: om ongewenste interferentie te voorkomen, moeten de
stroomkabels gescheiden worden gehouden van de signaalkabels
4. ELEKTRISCHE AANSLUITINGEN
inwendig, bovenaanzicht
2
3
1
Fig. 4.a
1
3
2
Fig. 4.b
boren).
éénfase modellen
1
3
2
Fig. 4.c (binnen aanzicht, elektrisch compartiment)
sluit de geel-groene kabel aan op de massa (PE).
4.3 Stuursignaal stoomproductie (M2.1 - M2.7)
Afhankelijk van het type signaal dat wordt gebruikt, kan de stoomproductie
op verschillende manieren worden geactiveerd en/of beheerd (AAN/UIT of
modulerend). Stoomproductie wordt mogelijk gemaakt door klemmen M2.4
en M2.5 gesloten te houden.
1. Stoomproductie inschakelen met::
HYGROSTAAT (AAN/UIT werking)
•
verbindt M2.2 en M2.3 (vraag) met een hygrostaat;
•
jumper M2.4 en M2.5 (vrijgave);
•
stel parameter A0=0 om de AAN/UIT werking te activeren.
HYGROSTAAT EN VRIJGAVECONTACT (AAN/UIT werking):
•
verbindt M2.2 en M2.3 (vraag) met een hygrostaat;
•
verbindt M2.4 en M2.5 (vrijgave) naar een contact op afstand (b.v.:
sschakelaar, timer,...);
•
stel parameter A0=0 om de AAN/UIT werking te activeren.
14
Driefase modellen
L N
M.2.1 M.2.2 M.2.3 M2.4 M.2.5 M.2.6 M.2.7
Fig. 4.d
M.2.1 M.2.2 M.2.3 M2.4 M.2.5 M.2.6 M.2.7
Fig. 4.e
L1 L2 L3