Inhoudsopgave
Advertenties
46
nl | Netwerk
9.3
Geavanceerd
9.3.1
Cloudgebaseerde services
De bedieningsmodus bepaalt hoe de camera communiceert met 'Bosch beveiliging en services
op cloud-basis'. Meer informatie over deze services en hun beschikbaarheid vindt u op:
http://cloud.boschsecurity.com
–
–
–
9.3.2
RTSP port
9.3.3
Authentication (802.1x)
Om verificatie door een Radius-server te configureren, sluit u het apparaat via een
netwerkkabel rechtstreeks aan op een computer. Als de toegangsrechten voor het netwerk
worden beheerd met een Radius-server, selecteert u On om verificatie te activeren voor
communicatie met het apparaat.
1.
2.
9.3.4
TCP metadata input
Het apparaat kan gegevens ontvangen van een externe TCP-verzender, bijvoorbeeld een
gelduitgifte- of betaalautomaat, en die opslaan als metadata. Selecteer de poort voor TCP-
communicatie. Selecteer Uit om de functie uit te schakelen. Voer een geldig IP-adres zender
in.
9.4
Netwerkbeheer
9.4.1
SNMP
De camera ondersteunt het SNMP V1 (Simple Network Management Protocol) voor het
beheren en bewaken van netwerkcomponenten en kan SNMP-berichten (traps) naar IP-
adressen sturen. SNMP MIB II wordt in de universele code ondersteund.
Als Aan voor de SNMP-parameter is geselecteerd en er geen SNMP-hostadres is ingevoerd, zal
het apparaat de traps niet automatisch verzenden, maar SNMP-aanvragen alleen
beantwoorden. Als u een of twee SNMP-hostadressen invoert, worden SNMP-traps
automatisch verzonden. Selecteer Uit om de SNMP-functie uit te schakelen.
SNMP-hostadressen
Als u SNMP-traps automatisch wilt verzenden, voer dan hier het IP-adres van één of twee
doelapparaten in.
SNMP-traps
Maak als volgt een keuze voor de te verzenden traps:
1.
2.
3.
9.4.2
UPnP
Selecteer Aan om de UPnP-communicatie in te schakelen. Selecteer Uit om deze uit te
schakelen.
2015.09 | 1.3 |
Selecteer Auto zodat de camera de server enkele keren kan pollen; als er geen contact
kan worden gemaakt, wordt het pollen gestopt.
Selecteer Aan om de server continu te pollen.
Selecteer Uit om pollen te blokkeren.
Voer in het veld Identiteit de gebruikersnaam in die de Radius-server voor het apparaat
gebruikt.
Voer het Wachtwoord in dat de Radius-server van het apparaat verwacht.
Klik op Selecteren. Er wordt een dialoogvenster geopend.
Schakel de selectievakjes in voor de gewenste traps.
Klik op Instellen om het venster te sluiten en alle geselecteerde traps te verzenden.
Operation Manual
AUTODOME IP 4000 HD, AUTODOME
IP 5000 HD, AUTODOME IP 5000 IR
Bosch Security Systems
Advertenties
Inhoudsopgave
