Informations concernant l'original:
La série 28 de la SNCF a été construite
en petit nombre avec seulement 3
exemplaires par ACEC Charleroi en 1949.
Les machines pesaient 84 tonnes et
pouvaient atteindre une vitesse maxi-
male de 130 km/h avec une puissance de
1985 kw.
La dénomination d'origine de la série de
type 120 a été modifiée en type 20 dès
1971. Elle fut encore changée en 1976
pour s'appeler type 28.
A partir de 1990, les locomotives n'ont
servi que comme machines de réserve
ou pour le triage dans la région de
Bruxelles.
Les locomotives 2803 et 2802 ont été
envoyées à la casse respectivement en
1995 et 2004.
La 2801 est actuellement conservée dans
un musée.
Informatie over het voorbeeld:
De bouwserie 28 van de NMBS was kleine
serie loc's met slechts drie exemplaren,
welke in 1949 door ACEC Charleroi en
SEM werden gebouwd. De 84-ton zware
machines hadden een vermogen van
1.985 kW en konden een maximumsnel-
heid bereiken van 130 km/h!
De oorspronkelijke serie-indeling Type
120 werd in 1971 omgenummerd naar
Reeks 20. In 1976 werden ze uiteindelijk
ingedeeld in de Reeks 28. Vanaf 1990
werden de machines uitsluitend nog ge-
bruikt als reserve of in de rangeerdienst
in de regio Brussel. De loc 2803 werd in
1995 gesloopt en de 2802 in 2004. De
2801 blijft voor het nageslacht bewaard
als een museumlocomotief van de NMBS.
Deze locomotieven dienden de Belgische
spoorwegindustrie als testmachines voor
opvolgende reeksen.
5