Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Samsung SyncMaster NC220 Gebruikershandleiding pagina 65

Inhoudsopgave

Advertenties

DE KLEUREN WORDEN WEERGEGEVEN IN 16-BITS (16 KLEUREN). DE KLEUREN ZIJN VERANDERD NA HET
Hebt u het stuurprogramma voor het product geïnstalleerd?
Is de grafische kaart correct geconfigureerd?
WANNEER IK HET BEELDSCHERM AANSLUIT, VERSCHIJNT HET BERICHT "ONBEKENDE MONITOR, PLUG&PLAY
Hebt u het stuurprogramma voor het product geïnstalleerd?
Controleer of alle Plug&Play (VESA DDC)-functies worden
ondersteund. Raadpleeg hiertoe de gebruiksaanwijzing van
de grafische kaart.
WANNEER IK NAAR DE BUITENRANDEN VAN HET PRODUCT KIJK, ZIE IK KLEINE VREEMDE SUBSTANTIES
Dit kan gebeuren, aangezien dit product zo is gemaakt dat de kleur een zachte weerschijn heeft door een laagje transparant
materiaal over de zwarte randen te leggen. Dit is geen productfout.
Als u drie of meer keer een piepje hoort wanneer u de computer aanzet, dan moet deze gerepareerd worden.
Geen geluid
Geluidsniveau is te laag.
5-2
WIJZIGEN VAN DE VIDEOKAART.
(VESA DDC) MONITOR GEVONDEN".
WANNEER IK DE COMPUTER AANZET, KLINKT EEN PIEPGELUID.
PROBLEMEN IN VERBAND MET HET GELUID.
Windows XP : Stel de kleur opnieuw in door Control Panel
(Configuratiescherm) → Appearance and Themes (Uiterlijk en
thema's) → Display (Beeldscherm) → Settings (Instellingen)
te selecteren.
Windows ME/2000 : Stel de kleur opnieuw in door Control
Panel (Configuratiescherm) → Display (Beeldscherm) → Set-
tings (Instellingen) te selecteren.
Windows Vista: Wijzig de kleurinstellingen door Configuratie-
scherm → Vormgeving aan persoonlijke voorkeur aanpassen
→ Persoonlijke aanpassingen → Beeldscherminstellingen te
selecteren.
Windows 7 : Wijzig de kleurinstellingen via Configuratie-
scherm → Vormgeving en persoonlijke instellingen → Beeld-
scherm → Resolutie aanpassen → Geavanceerde
instellingen → Monitor.
(Raadpleeg de gebruikershandleiding van Windows voor
meer informatie.)
Configureer de kleuren opnieuw in overeenstemming met het
nieuwe stuurprogramma van de grafische kaart.
Installeer het apparaatstuurprogramma volgens de aanwijzin-
gen over stuurprogramma-installatie.
Installeer het apparaatstuurprogramma volgens de aanwijzin-
gen over stuurprogramma-installatie.
VERSCHIJNEN.
Controleer of de audiokabel stevig is aangesloten op de audio-
ingang van uw monitor en de audio-uitgang van uw geluids-
kaart.
Controleer het volumeniveau.
Controleer het volumeniveau.
Als het volume nog steeds te laag is nadat u de bediening op
het maximale niveau hebt ingesteld, moet u de volumeregeling
op de geluidskaart of in het softwareprogramma van de compu-
ter controleren.
Problemen oplossen

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave