Download Print deze pagina

Intergas Prestige Bedieningshandleiding pagina 3

Advertenties

2
Werking van het toestel
De Intergas Prestige gaswandketel dient om water te verwarmen en
toe te voeren aan de CV- installatie en de warmwater tappunten.
De systemen zijn in het toestel dubbelwandig van elkaar gescheiden.
Het toestel is voorzien van een modulerende regeling. Dit betekent dat
het vermogen wordt aangepast aan elke gewenste warmte-behoefte.
Dit wordt geregeld door een elektronische branderautomaat die bij
iedere warmtevraag van de verwarming of de warmwatervoorziening
de brander ontsteekt en de vlam continue bewaakt.
2.1 Werking CV
De warmtevraag ontstaat doordat de ruimtetemperatuur lager is als de
ingestelde temperatuur van de kamerthermostaat. Indien het toestel
dan geen warmwatervraag heeft, gaat het toestel aan op CV-bedrijf.
De CV-temperatuur regeling moduleert op basis van de ingestelde
ketelwatertemperatuur (instelbaar tussen 30 en 90 °C). Dit betekent
dat als de gewenste keteltemperatuur wordt benaderd het toestel het
benodigde vermogen aanpast. De ingebouwde circulatiepomp zorgt
voor de toevoer van het verwarmde water naar de radiatoren of de
vloerverwarming. Deze zal na het uitschakelen van de brander nog
1 minuut nadraaien. Bovendien gaat de pomp automatisch 1 keer per
24 uur gedurende 1 minuut draaien om vastzitten te voorkomen.
De automatische inschakeling van de pomp vindt plaats op het tijdstip
van de laatste warmtevraag. Om het tijdstip te wijzigen dient op het
gewenste tijdstip de kamerthermostaat even omhoog gezet te worden.
2.2 Werking warm tapwaterbereiding
Het toestel bestaat uit een warmtewisselaar deel en een Quickfillboiler
deel. De boiler zorgt voor de opslag van warmwater. Het warme water
is vervolgens direct beschikbaar voor de gebruiker. Een mengventiel
zorgt voor een stabiele uitstroomtemperatuur. Bij gelijktijdige CV- en
warmwater vraag zal de warmwaterfunctie altijd voorrang hebben op
de CV-functie. Dit houdt in dat de verwarming niet functioneert tijdens
het gebruik van warm tap water.
Tijdens het tappen wordt in eerste instantie warmwater onttrokken aan
de boiler, wanneer de watertemperatuur in de boiler te laag wordt zal
het toestel de brander ontsteken en wordt er ook water via de
warmtewisselaar geleverd. Bij de afname van een kleine hoeveelheid
warm tapwater hoeft het toestel dus niet in bedrijf te komen.
De Intergas Prestige voldoet
aan het CW-label klasse 5. Dit
houdt in dat het toestel ten min-
ste 7,5 liter water per minuut van
60°C levert, een douche met 6
tot 12,5 liter water per minuut
van 40°C kan voeden en een
bad van 150 liter kan vullen met tenminste 15 liter water per minuut
van 40° C gemiddeld. Gelijktijdigheid van de functies is hierbij niet
vereist.
Intergas Verwarming BV
3
In bedrijf stellen
Stel de ketel in bedrijf nadat deze waterzijdig, gas- en elektrotechnisch
door een erkend installateur is aangesloten en gecontroleerd.
Controleer verder de volgende punten:
• De cv-installatie en warmwatervoorziening moet goed gevuld en
ontlucht zijn.
• De waterdruk in de CV installatie moet minimaal 1 en maximaal 2 bar
bedragen. (Aflezen bij cv-druk op het display.)
• De elektrische stroom aangesloten is en het toestel uitgeschakeld is.
(Horizontaal streepje op service display overige functies gedoofd.)
Nooit de elektrische stroom aansluiten als de ketel , de cv-installatie en
de warmwaterinstallatie niet geheel gevuld en ontlucht zijn.
• De kamerthermostaat moet lager ingesteld zijn dan de
temperatuur in de kamer.
• De gaskraan moet geopend zijn.
• Schakel het toestel in met de aan/uit schakelaar op het display. (het
controle lampje gaat branden service display dooft). Wanneer de boiler
koud is zal het toestel nu gaan branden totdat de boiler op temperatuur
is. De brander gaat uit en de tapwater circulatiepomp blijft nog
±1 minuut draaien om de rest warmte van de warmtewisselaar naar
de boiler te brengen.
• Stel de kamerthermostaat hoger in als de kamertemperatuur. Het toestel
gaat nu automatisch branden. Tijdens het branden op cv kan de
temperatuur van het cv water tussen 30° en 90° worden ingesteld op
bet bedieningspaneel. Lage stand bij matig koud weer, hoge stand bij
kouder weer. Indien u gebruik maakt van een kamerthermostaat met
OpenTherm hoeft deze instelling niet te worden gewijzigd.
4
Storingen
Indien zich de volgende eenvoudige storingen aan de ketel voordoen
dan kunnen deze als volgt opgelost worden. Bij herhaling of andere
storingen altijd uw installateur waarschuwen.
a. De cv installatie wordt niet of onvoldoende warm.
• Verhoog de ingestelde temperatuur van de kamerthermostaat.
• Open de radiatorkranen.
• Stel de cv watertemperatuur hoger in d.m.v. de keuze en instelknop op
het bedieningspaneel.
• Ontlucht de ketel en installatie en controleer de cv waterdruk.
b. Het storingslampje boven de reset knop brandt. Op het display boven
de serviceknop worden de volgende nummers aangegeven. Handel
als volgt:
1
De ketel wordt te warm, er is onvoldoende doorstroming. Open
de radiatorkranen ontlucht de ketel en installatie en controleer de cv
waterdruk. Zonodig bijvullen.
4
De brander ontsteekt niet. Open de gaskraan.
Druk na het opheffen van de oorzaak op de reset knop en de ketel zal
opnieuw in werking treden. Voor de betekenis van de overige bedrijfs-
en storingscodes zie de installatievoorschriften.
3

Advertenties

loading