Montageverloop
Elektrisch aansluiten
A Uitbreidingsprintplaat op basisprint-
plaat (zie pagina 48)
B Basisprintplaat (zie pagina 44)
F3 Zekering T 6,3 A
C Regelaar- en sensorprintplaat (zie
pagina 53)
Netaansluitklemmen (zie vanaf
pagina 57)
D
E Rangeerprintplaat (zie pagina 50)
F1 Zekering T 6,3 A
X1 Klemmen voor aardleiding van
alle bijbehorende installatie-
componenten
X2 Klemmen voor neutrale leider
van alle bijbehorende installa-
tiecomponenten
Basisprintplaat (werkingscomponenten230 V~)
Opmerkingen bij de aansluitwaarden
■ Het aangegeven vermogen is het
geadviseerde aansluitvermogen.
■ De som van de vermogens van alle
direct op de warmtepompregeling
aangesloten componenten (bijvoor-
beeld pompen, kleppen, meldinrichtin-
gen, relais) mag 1000 W niet over-
schrijden.
Als het totale vermogen ≤ 1000 W is,
kan het afzonderlijke vermogen van
een component (bijv. pomp, klep,
meldinrichting, relais) groter dan
opgegeven worden gekozen. Daarbij
mag het schakelvermogen van het
overeenkomstige relais niet worden
overschreden.
■ De aangegeven stroomwaarde geeft
de max. schakelstroom van het scha-
kelcontact aan (totale stroom van 5 A
in acht nemen).
44
(vervolg)
F Aanstuurmodule CV-water-door-
Vereiste parameters bij de inbedrijfstel-
ling instellen, zie vanaf pagina 75.
stroomtoestel (zie pagina 59)