arsctbulving!
Bij werkzaamheden onder de laadbak•
de laadvloer altijd ondersteunen!
Aanhangwagen types BL, C, D, E, G, H en AL
Gebruikersdocumentatie
3.3 ONDERHOUD
Voer het onderhoud uit volgens onderstaand schema:
Frequentie
Onderhoudspunt
Speciale aandacht voor
na de eerste rit
wielbevestiging
wielbouten controleren en zonodig
vastzetten
telkens na de eerste
rit nadat een wiel los
geweest is
wielbevestiging
wielbouten controleren en zonodig
vastzetten
elke 1500 km
torsieveren (indien
aanwezig)
smeernippel schommelarm smeren
elke 1500 km
oploopinrichting
(en, indien
aanwezig, de
omkeerhef boom)
smeernippels smeren (zie figuur 10)
met vet, glijdende delen met olie
elke 15000 km
(tenminste een keer
per jaar)
lagers, remmen,
remvoering,
onderhoudsbeurt door erkend
aanhangwagenbedrijf of dealer
regelmatig
controleren
kogelkoppeling
schoonmaken en invetten (zie figuur 9)
regelmatig
controleren
oliepeil
controleren en zonodig bijvullen
regelmatig
controleren
accu
controleren en indien nodig laden
accu laden m.b.v. druppellader,
nooit met een snellader
regelmatig
controleren
accu
controleren en indien nodig bijvullen
regelmatig
controleren
scharnierpunt
kipwagens
smeernippel bij scharnierpunt smeren
Regelmatig
controleren
stekker/verlichting
controleren op vuil, corrosie of
beschadigingen
Laat onderhoudsbeurt uitvoeren door een erkend aanhangwagen e nj of dealer.
(zie hoofdstuk 6.3 op pagina 38, 39 en 40)
Wagenbouw HAPERT
26