DMM / installatie op maat
De digitale Media Manager
(DMM)
Gebruik de PC via de digitale Media Manager (DMM)
met het WAC5 Center.
1
Dubbelklik op
op het bureaublad van uw com-
puter om DMM op te starten
2
De eerste keer dat u DMM opstart moet u uw
muziekmappen op de pc specificeren.
➜
De muziekbestanden in de mappen worden
geïmporteerd naar DMM
➜
De volgende keer dat u DMM opstart begint
DMM doorheen de mappen te zoeken en
actualiseert het automatisch de muziekcollectie
op uw pc.
3
Om meer over DMM te leren klikt u op Help ➜
Digital Media Manager Help
BELANGRIJK!
– Als de stroom uitvalt binnen 15 minuten nadat u de
muziek van de PC naar het Center hebt overgebracht,
gaat alle overgebrachte muziek verloren.
Installatie op maat
Selecteer Custom Installation (Installatie op
maat) als u de installatie-optie wilt wijzigen of als u
DMM opnieuw wilt installeren.
Het wijzigen van de netwerkinstellingen
1
Stel uw Center WAC5 terug naar de fabrieksin-
stellingen(zie hoofdstuk Terugstellen in de
Gebruikershandleiding)
2
Selecteer de nieuwe installatie-optie
3
Volg de stappen onde Optie 1, Optie 2 of Optie
3 van Express Installation (Expresinstallatie)
Woordenlijst
Woordenlijst
Accespunt:
communicatie-hub voor de aansluiting tussen een draadloos apparaat en een
LAN met bekabeling.
Ad-hoc modus:
een netwerkkader waarin apparaten rechtstreeks en zonder accespunt
met elkaar communiceren.
DHCP:
Staat voor Dynamische Ontvangende Configuratie Protocol. Het is een protocol
voor het toekennen van dynamische IP-adressen aan apparatuur in een netwerk.
Modus Infrastructuur:
een netwerkkader waarin apparaten via een accespunt met
elkaar communiceren.
IP-adres:
systeem voor het identificeren van een computer of apparaat op een TCP/IP-
netwerk.
SSID:
Staat voor Service Instellen IDentificatiesysteem. Eenzelfde SSID moet worden
gebruikt voor alle accespunten en apparaten om ze op een specifieke WLAN aan te kunnen
sluiten.
Subnet Masker:
Dit dient om te bepalen tot welk subnet een IP-adres behoort.
WEP
:
Staat voor Equivalente Privacy met Bekabeling. Dit is een beveiligingsprotocol voor
draadloze plaatselijke gebiedsnetwerken.
WLAN:
Staat voor Draadloos Locaal GebiedsNetwerk. In een dergelijk netwerk worden
radiogolven op hoge frequentie gebruikt voor de communicatie.
WPA
:
Staat voor Wi-Fi Beveiligde Acces. Het is een Wi-Fi-standaard die is bedoeld om de
beveiligingskenmerken van WEP nog te verbeteren. Het werkt met bestaande WEP-geac-
tiveerde Wi-Fi-apparatuur. Gracenote en CDDB zijn geregistreerde handelsmerken van
Gracenote. Het logo en logotype van Gracenote en het logo "Powered by Gracenote" zijn
handelsmerken van Gracenote.
Hulp nodig?
Surf naar www.philips.com/support
2005 © Koninklijie Philips Electronics N.V.
W
All rights reserved.
3141 075 21041
www.philips.com
Online
NL