Dit toestel heeft een waarschuwings-
systeem, waarmee wordt voorkomen
dat de temperatuur in de diepvrieszone
ongemerkt stijgt.
Gevaar voor de gezondheid door
het eten van bedorven voedingsmid-
delen.
Is de temperatuur gedurende een vrij
lange tijd hoger dan -18 °C, contro-
leer dan of de diepvriesproducten
geheel of gedeeltelijk zijn ontdooid.
Daardoor zijn de voedingsmiddelen
korter houdbaar.
Controleer of de diepvriesproducten
geheel of gedeeltelijk zijn ontdooid.
Als dat het geval is, gebruik deze
voedingsmiddelen dan zo snel mo-
gelijk of kook of braad ze alvorens ze
opnieuw in te vriezen.
Wanneer de vriestemperatuur in het
toestel te veel stijgt, knipperen de tem-
peratuuraanduiding en het alarmsym-
bool . Tevens klinkt er een waarschu-
wingssignaal.
Afhankelijk van de ingestelde tempera-
tuur zal het koeltoestel melden of een
temperatuurzone te warm is.
Het akoestische en optische signaal
worden gegeven als:
– u het toestel inschakelt en de tempe-
ratuur die op dat moment in een tem-
peratuurzone heerst te veel verschilt
van de temperatuur die u hebt inge-
steld;
– u ingevroren voedingsmiddelen sor-
teert of uit het toestel haalt en er
daarbij te veel warme lucht binnen-
stroomt;
Temperatuuralarm
– u een vrij grote hoeveelheid voe-
dingsmiddelen invriest;
– u verse voedingsmiddelen invriest die
nog warm zijn;
– er een stroomuitval is geweest;
– het koeltoestel defect is.
Zodra de alarmtoestand beëindigd is,
stopt het waarschuwingssignaal en
gaat het alarmsymbool uit.
Temperatuuralarm voortijdig
uitschakelen
Hindert de zoemer u, dan kunt u deze
voortijdig uitschakelen.
Druk op de toets voor het uitscha-
kelen van de zoemer.
De zoemer houdt op.
Het alarm-symbool blijft branden
totdat de storing voorbij is.
In de instellingsmodus kunt u de zoe-
mer niet voortijdig uitschakelen.
27