1
Inleiding
2
Regelgeving
4
Dit installatievoorschrift beschrijft de werking, installatie, bediening en het primaire
onderhoud van de ATAG Q CV-ketels.
Dit installatievoorschrift is bedoeld voor erkende installateurs die de ATAG ketels
installeren en in gebruik stellen.
Lees ruim voor aanvang van installatie van de ketel dit installatievoorschrift goed
door.Voor gebruikers van de ATAG Q is een aparte gebruikshandleiding bij de ketel
geleverd.
ATAG Verwarming is niet aansprakelijk voor gevolgen die voortvloeien uit ingeslopen
fouten of onvolkomenheden in het installatievoorschrift en de gebruikshandleiding.
Tevens behoudt ATAG Verwarming zich het recht voor om haar producten te wijzigen
zonder voorafgaande mededeling.
Geef de klant bij oplevering van de installatie duidelijke instructies over het
gebruik van de ketel en overhandig daarbij de gebruikshandleiding en garan-
tiekaart aan de klant.
Elke ketel is voorzien van een typeplaat. Verifieer aan de hand van de gegevens op
deze typeplaat of de ketel voldoet aan de situatie waarin het geplaatst moet worden,
zoals gassoort, netvoeding en afvoerklasse.
Eventuele relevante installatievoorschriften en/of gebruikshandleidingen:
- ATAG ComfortBoiler
- ATAG Cascade
- ATAG Monopass
- ATAG Multipass
- ATAG ZonLichtSysteem
- ATAG EaZy, WiZe, BrainQ of MadQ thermostaat/regeling
Voor installatie van de ATAG Q gelden de volgende regels:
-
Wetgeving: Bouwbesluit
Het bouwbesluit bevat prestatie-eisen over opstelling, afvoer en uitmonding.
-
NEN 2757; bepalingsmethode voor afvoer
-
NEN 1087; bepalingsmethode voor ventilatie en prestatie-eisen voor leidingwerk
-
NPR 3378 of NTR
-
NEN 3028; veiligheidsvoorschriften
-
AVWI - NEN 1006;
-
ARBO-wet;
-
Plaatselijk geldende voorschriften.
De installatie van de ketel mag uitsluitend door een erkend en geregistreerd
installateur uitgevoerd worden. Werkzaamheden aan het toestel mogen al-
leen door gekwalificeerd personeel met gekalibreerde apparatuur plaatsvin-
den. De ketel moet aangesloten worden volgens dit installatievoorschrift en
alle installatietechnische normen en voorschriften die betrekking hebben op
de aan te sluiten installatie. De installateur is verantwoordelijk voor het in
acht nemen van de ARBO-wet.
Houd rekening met de volgende veiligheidsvoorschriften:
-
alle werkzaamheden aan de ketel dienen in een droge omgeving plaats te vinden.
-
laat de ATAG ketel niet functioneren zonder mantel, tenzij er controle- en afstel-
werkzaamheden moeten plaatsvinden (zie hoofdstuk 13).
-
laat nooit elektrische en elektronische componenten in contact komen met water.
Boilerprogramma
Hydraulisch cascadesysteem
Rookgasafvoersysteem individueel
Rookgasafvoersysteem cascade
ZonLichtboiler en collector