DE VERSCHILLENDE FUNCTIES EN MOGELIJKHEDEN
1. Indicator ingestelde koelmodus.
2. Indicator superkoelen.
3. Indicator ingestelde vriesmodus
4. Indicator supervriezen.
5. Indicator alarm.
6. Indicator eco-modus.
7. Indicator vakantie-modus.
8. Indicator kinderslot.
9. Hiermee kunt u de instellingswaarde van de koelkast aanpassen en
desgewenst de super-koelmodus activeren. Koeler kan ingesteld
worden op 8, 6, 5, 4, 2 °C superkoelen.
10. Hiermee kunt u de instellingswaarde van de vriezer instellen en super
vriezen instellen indien gewenst. Vriezer kan ingesteld worden op -16,
-18, -20, -22, -24°C, supervriezen.
11. Hiermee worden de standen (economy, vakantie...) ingesteld.
NL
13