Tonercartridge vervangen
U kunt bij benadering vaststellen hoeveel toner er nog in de cartridge zit door het configuratieblad met
printerinstellingen af te drukken. Zo kunt u nagaan of u nieuwe supplies dient te bestellen.
Wanneer het bericht Toner bijna op wordt weergegeven of wanneer de afdrukken vaag zijn, verwijdert u
de tonercartridge. Schud de cartridge een aantal malen flink heen en weer, van voor naar achter en van links
naar rechts, om de toner opnieuw te verdelen. Plaats de cartridge vervolgens terug en ga verder met
afdrukken. Herhaal deze procedure enkele keren om te zien of de afdrukken vaag blijven. Vervang in dat
geval de tonercartridge.
OPMERKING:
U kunt nog een korte tijd afdrukken nadat het bericht Toner bijna op is
weergegeven, maar de afdrukkwaliteit neemt af naarmate het tonerniveau afneemt.
KENNISGEVING:
direct licht. Langdurige blootstelling aan licht kan tot problemen met de afdrukkwaliteit leiden.
1.
Zet de printer uit.
2.
Open de voorklep door op de knop aan de rechterkant van de printer te drukken en de klep te laten
zakken.
3.
Druk op de knop aan de onderzijde van de belichtingstrommel, en trek het tonercartridgemechanisme
met de hendel omhoog en eruit.
4.
Pak het nieuwe tonercartridgemechanisme uit.
Stel de tonercartridge tijdens de vervanging niet gedurende langere tijd bloot aan