Inhoudsopgave
Advertenties
Probleem
De werkzone wordt niet
volledig gemaaid
Secundaire zone niet
volledig gemaaid
Op de display verschijnt
"Service"
Op de display verschijnt
"Optilling"
Op het display verschijnt
"Geen signaal"
Op de display verschijnt
"Buiten omtrek"
Oorzaken
Onvoldoende werkuren
Snijmes met incrustatie en/of resten
Snijmes versleten
Te grote werkzone ten opzichte van de
effectieve capaciteit van de robot
De batterijen zijn aan het einde van hun
levensduur
De batterijen worden niet volledig
opgeladen
Verkeerde programmering
De servicebeurt van de robot moet
uitgevoerd worden
De robot is opgetild
De perimetrische draad is niet correct
verbonden (breuk van de kabel, geen
elektrische verbinding, enz.)
Te grote helling van het terrein
Perimetrische draad verkeerd geplaatst
Perimetrische draad voor afgrenzing
interne zones (perken, struiken, enz.)
met de klok mee geplaatst.
Toevoereenheid oververhit
De aandrijving van de wielen is niet
correct
Verleng de werkuren van de robot (zie
"Programmeringswijze")
Stop de robot in veilige omstandigheden (Zie
"Veilig stoppen van de robot")
Waarschuwing - Verwittiging
Gebruik beschermende handschoenen om
snijgevaar aan de handen te voorkomen.
Vervang het mes met een origineel wisselstuk
(zie "Vervanging mes")
Pas de werkzone aan (zie "Technische
Vervang de batterijen met originele
wisselstukken (zie "Vervanging batterijen")
Reinig en vervang de eventuele oxidatie van de
contactpunten van de batterijen (zie "Reiniging
robot"). Herlaad de batterijen minstens 12 uren
Programmeer de secundaire zone correct (zie
"Programmeringswijze")
Contacteer het meest nabij dienstcentrum
Controleer of de robot niet geblokkeerd of
verstopt is door een voorwerp.
Reinig en verwijder eventuele grasresten onder
het chassis die de sensoren kunnen verstoppen
(zie "Reiniging robot")
Controleer de werking van de elektrische
toevoer, de correcte verbinding van de
toevoereenheid en die van het herlaadstation
(zie "Installatie herlaadstation en
Grens de zone met te grote helling af (zie
"Planning installatie systeem")
Controleer of de draad correct geïnstalleerd
is (overdreven diepte, nabijheid van metalen
voorwerpen, afstand tussen de draad die twee
elementen afscheidt minder dan 70cm, enz.) (zie
"Planning installatie systeem")
Herplaats de perimetrische draad correct (tegen
de klok in) (zie "Installatie perimetrische draad")
Gebruik geschikte oplossingen om de
temperatuur van de toevoereenheid te
verminderen (verlucht of wijzig de zone van
installatie, enz.) (zie "Planning installatie
Controleer en bevestig, indien nodig, de wielen
35
Oplossingen
Reinig het snijmes
gegevens")
toevoereenheid")
systeem")
correct
Gebruiksvoorschriften
NL
Advertenties
Inhoudsopgave
