Afgrenzing werkzone
3. Controleer de hele oppervlakte van het gazon en evalueer
of het nodig is deze in meerdere afzonderlijke werkzones te
verdelen volgens de hierna beschreven criteria. Vooraleer de
handelingen voor de installatie van de perimetrische draad aan
te vangen, om deze gemakkelijk te kunnen uitvoeren, raadt
men aan de hele baan te controleren. De afbeelding geeft een
voorbeeld van een gazon met de baan voor de plaatsing van
de perimetrische draad.
Tijdens de installatie van het systeem moeten de eventuele
secundaire zones en de eventuele gesloten zones geïdentificeerd
worden. Met secundaire zone bedoelt men een deel van het
gazon dat aan de hoofdzone verbonden is met een smalle
doorgang die moeilijk bereikbaar met de random beweging van
de robot. De zone moet bereikbaar zijn zonder drempels en
niveauverschillen die de toegestane kenmerken overschrijden.
NL
Of de zone als "secundaire zone" geïdentificeerd moet worden,
is ook afhankelijk van de afmetingen van de primaire zone. Des
te groter de primaire zone, des te moeilijker zullen de smalle
doorgangen te bereiken zijn. Meer in het algemeen, moet een
doorgang van minder dan 200 cm (78,74 ") beschouwd worden
als secundaire zone. Het aantal secundaire zones dat de robot
kan beheren, is afhankelijk van de kenmerken van het model
(Zie "Technische Gegevens").
De minimaal toegestane doorgang is 70 cm (27,56 ") tussen
de draad en de perimetrische draad de perimetrische draad
moet geplaatst worden op een afstand die later bepaald zal
worden, van eventuele voorwerpen buiten het gazon; De totale
benodigde doorgang moet 140 cm (55,12 ") zijn indien er aan
beide kanten een muurtje of struik aanwezig is.
Indien deze doorgang zeer lang is, is het verkiesbaar dat deze
meer dan 70 cm (27,56 ") breed is, van de rand tot aan de
perimetrische rand.
Tijdens de programmering moeten de afmetingen van de
secundaire zones in percentage ten opzichte van het gazon
geconfigureerd worden, net als de richting om ze zo snel
mogelijk te bereiken (Met de klok mee / Tegen de klok in), en
de nodige meters draad om de secundaire zone te bereiken.
Zie "Programmeringswijze".
(Enkel voor sommige modellen, zie "Technische gegevens").
Indien de minimale vereisten die hierboven beschreven zijn
niet gerespecteerd worden en indien er dus een zone is die
gescheiden is door een drempel, een niveauverschil dat de
kenmerken van de robot overschrijdt of door een doorgang
(gang) met een breedte van minder dan 70 cm (27,56 ")
tussen de draad en de perimetrische draad, moet deze zone
van het gazon beschouwd worden als een "Gesloten Zone".
Om een "Gesloten Zone" te installeren, moet men de heen- en
terugloop van de perimetrische draad in dezelfde baan leggen
op een afstand van minder dan 1 cm (0,40 "). In dit geval kan
de robot de zone niet autonoom bereiken, en moet men te werk
gaan zoals beschreven is in het hoofdstuk "Beheer Gesloten
Zones". Het beheer van de "Gesloten Zones" reduceert de
vierkante meters die autonoom door de robot beheerd kunnen
worden.
Gebruiksvoorschriften
min. 70 cm / 27,56 "
min. 70 cm / 27,56 "
min. 70 cm / 27,56 "
14
baan voor plaatsing van
de perimetrische draad
HOOFDZONE
minimale doorgang 70 cm / 27,56 "
van draad tot draad.
SECUNDAIRE ZONE
HOOFDZONE
doorgang
< 70 cm / 27,56 "
GESLOTEN
ZONE