5. ONDERHOUD
Het is aan te raden routineonderhoud van de luchtbehandelingseenheid, 3–4 maal per jaar uit te
voeren. PE gebruikt een sleutel om de deur te openen. Laat de deur niet vrij openzwaaien, maar open
ze voorzichtig tot een hoek van 90 graden. Let goed op bij het openen, aangezien verstopte filters naar
buiten kunnen vallen.
De bediening, het onderhoud en de reparatie van de luchtbehandelingskast mag
geenszins worden uitgevoerd door volwassenen of minderjarigen met een men-
tale, fysieke of zintuiglijke beperking, evenmin als volwassenen of minderjarigen
met onvoldoende kennis en ervaring, tenzij ze onder toezicht en instructies staan
van de persoon die verantwoordelijk is voor hun veiligheid, overeenkomstig deze
instructies.
Naast preventieve onderhoudsinspectie moeten de volgende handelingen worden verricht:
1. Controle van roterende warmtewisselaar. Inspectie van de roterende warmtewisselaar wordt
één maal per jaar uitgevoerd. Vrije rotatie van de roterende warmtewisselaar, continuïteit van de
roterende riem, afwezigheid van schade aan de rotortrommels en de dichtingspakking worden ge-
controleerd. Het is nodig de rek van de riem te controleren.
Vrije riem zal schuiven en de efficiëntie van de roterende warmtewisselaar zal sterk dalen. Om maxi-
maal rendement te bereiken moet de rotor minstens 8 maal per minuut draaien. Verontreinigde
warmtewisselaar zal rendement verlagen. Reinig de warmtewisselaar met een luchtblazer of was
deze met lauw water. Controleer of er water op de elektrische motor valt.
2. Controle van plaatwarmtewisselaar. Controle en ontstoffing van de plaatwarmtewisselaar wordt
één keer per jaar uitgevoerd (deze wordt uit de eenheid verwijderd en met lucht schoongeblazen of
met lauw water gewassen).
Reiniging van plaatwarmtewisselaar. Als reinigen van de plaatwarmtewisselaar met perslucht
niet afdoende resultaten oplevert, kan deze met zeepsop gewassen worden, of indien nodig,
worden gereinigd met ontvettingsmiddel voor metaal (aluminium). Laat de plaatwarmtewisselaar
op een warme plek opdrogen. Deze mag alleen absoluut droog worden gemonteerd.
N.B.: plaatwarmtewisselaar kan door zomercassette worden vervangen (voor eenheden zonder omleiding) wanneer recu-
peratie niet nodig is.
3. Controle ventilatoren (één maal per jaar). Verontreinigde ventilatoren verminderen het rende-
ment.
Vooraleer enig inspectiewerk uit te voeren moet u controleren of de eenheid is
uitgeschakeld van de elektrische voeding.
Ventilatoren moeten zorgvuldig worden gereinigd met textiel of zachte borstel. Gebruik geen
water. Verstoor het evenwicht niet. Controleer of draairichting van ventilator correct is, aangezien
verkeerde richting slechts 30% rendement oplevert. Controleer of ventilator vrij kan draaien en
niet mechanisch beschadigd is, of de rotor zuigmonden niet raakt, ventilator geen geluid maakt,
de drukleidingen op de zuigmond zijn aangesloten (als dit vereist is), montagebouten zijn vast-
geschroefd.
De rubber koppelingen die de motorbasis en de eenheid verbinden moeten visueel worden
geïnspecteerd op tekenen van slijtage en worden vervangen indien nodig.
Elk ongewoon geluid of trilling als de ventilator draait moet onmiddellijk worden onderzocht,
aangezien dit gewoonlijk een aanwijzing is van slijtage of evenwichtsverlies in het ventilatorsys-
teem.
4. Controle luchtverwarmer. Aanbevolen om periodieke inspectie en reiniging van de verwarming
uit te voeren. Controleer de platen van de waterluchtverwarmer. De luchtverwarmer wordt gerein-
igd met stofzuiger aan luchtaanvoerzijde of met blaaslucht aan luchtuitlaatzijde. Als het systeem
heel vuil is, was het dan met lauw water, dat geen corrosie van aluminium veroorzaakt. Controleer
UAB KOMFOVENT behoudt het recht om veranderingen door te voeren zonder dit vooraf kenbaar te maken
DOMEKT_ installation manual_22-06
23