Opmerking:
De instellingen gelden alleen voor de toepassing waarin u ze vastlegt.
Wanneer u de printerdriverinstellingen vastlegt in het dialoogvenster
Page Setup worden deze samen met het document bewaard. Opent u
het document opnieuw in de toepassing, dan gelden dezelfde instellin-
gen. Opent u een andere toepassing, controleer dan of de printerinstel-
lingen aan uw wensen beantwoorden. Indien u bijvoorbeeld de optie
Photo Quality Ink Jet Paper hebt gekozen in een toepassing, dan
dient u in u een andere toepassing deze optie opnieuw te selecteren.
De printerdriver biedt u de keuze uit drie modi. Deze modi
worden hieronder toegelicht.
Automatic
PhotoEnhance
Custom
Advanced
Naast groepen van instellingen die de algehele afdrukkwaliteit
beïnvloeden, kunt u in de dialoogvensters Page Setup (Pagina-
instelling) en Layout ook de pagina-instelling en -opmaak wijzi-
gen. Voor meer informatie over pagina-instellingen raadpleegt u
het gedeelte "De pagina-instelling wijzigen" op pagina 6-11. U
vindt meer informatie over pagina-opmaak in "De pagina-inde-
ling wijzigen" op pagina 6-14.
De snelste en gemakkelijkste manier om met
afdrukken te beginnen. Zie "De modus Auto-
matic gebruiken" op pagina 6-5.
Hiermee kunt u een heleboel instellingen voor
beeldcorrectie ingeven die speciaal voor fo-
to's zijn ontworpen. Zie "De modus Photo
Enhance gebruiken" op pagina 6-6.
Kies in een lijst met voorinstellingen de instel-
ling die het beste past bij het soort document
dat u wilt afdrukken. U kunt uw eigen instel-
lingen aan de lijst toevoegen. Zie "De modus
Custom gebruiken" op pagina 6-7.
In het gelijknamige venster kunt u instellingen
nauwkeurig afstemmen op uw eigen behoef-
ten. Het resulaat kunt u toevoegen aan de lijst
Custom Settings toevoegen. Zie "Geavan-
ceerde instellingen gebruiken" op pagina 6-8.
De printersoftware voor Macintosh gebruiken
6-3