1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16
Digital input 6-12
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16
Fig. 4.28 Aansluiting van externe ingangssignalen
Digital input 6-12
4.7.6
Relaisuitgangen (kabel #8 en #9) (opties)
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16
Beide relaisuitgangen zijn beschikbaar voor aansluiting van
een extern apparaat. Mogelijke gebeurtenissen om de relais te
laten schakelen zijn:
- Ventilator aan/uit
12
- Filterreiniging actief
- Systeemmodes: Automatisch
- Waarschuwing actief
- Waarschuwingssignalen: geen perslucht / stofton vol
- Alarm actief
- Alarmsignalen: geen perslucht
- Uitgangssignaal van de schuifklep
LET OP!
- U kunt ervoor kiezen om de kabels als NO
(maakcontact) of NC (verbreekcontact) aan te
sluiten.
- Max. aansluiting: 30 VDC / 2,5 A per relais.
•
Sluit Relais 1 en/of Relais 2 desgewenst aan op een extern
apparaat.
U moet op de HMI de specifieke gebeurtenis
selecteren die het/de relais laat schakelen (zie
scherm nr. 1.4).
USB
( rmware updates)
USB
Dustbin
Valves
Indicator LED's
sensor
( rmware updates)
Ethernet
Power
Light tower
(for service only)
Ethernet
(for service only)
NO 1
1
NC 1
2
NO 1
1
COM 1
3
NC 1
2
4
COM 1
3
NO 2
5
4
NC 2
6
NO 2
5
COM 2
7
NC 2
6
8
8
COM 2
7
8
8
Fig. 4.29 Aansluiting van de relaisuitgangen
12. Bv. een BoosterFan
0000117016/061221/B SCS-Diluter PRO
8
8
ingang IN 11
Power
Power
1
2
Fan Pressure
Digital input 1-5
RS485 VFD
sensor
Analog
Filter Pressure
Digital input 6-12
output
sensor
Valves
Valves
4.7.7
Kabel #7
De LightTower (signaalzuil) bevat dezelfde controlelampen als
het Panel, inclusief de zoemer.
Valves
Indicator LED's
[pag. 12]
Light tower
Valves
Indicator LED's
1 2 3 4 5 6
1 2 3 4 5 6 7
Power
Light tower
1 2 3 4 5 6 7
Fig. 4.30 Aansluiting van de LightTower
5
5.1
•
Controleer of het Panel op het elektriciteitsnet is
aangesloten.
•
Zet de hoofdschakelaar (zie Fig. 6.1F) aan. Het systeem
start nu op
•
De HMI start nu de installatiewizard.
•
Voer de installatiewizard uit.
CAN Slave
CAN HMI
5.2
Kabel #8
•
Zet de hoofdschakelaar (zie Fig. 6.1F) uit en open het
Panel.
•
Draai de stang die aan de hoofdschakelaar is bevestigd om
het Panel handmatig in te schakelen.
•
Druk op de knop VENTILATOR AAN/UIT (zie Fig. 6.1F) om
[pag. 12]
de ventilator te starten.
Kabel #9
•
Zorg ervoor dat de motor de goede kant op draait.
Als de draairichting van de motor niet correct is:
•
Draai twee willekeurige aansluitingen (96/97/98) op de
VFD om om de draairichting van de motor te veranderen.
[pag. 12]
•
Druk nogmaals op de knop om de ventilator uit te
schakelen.
13. Indicatie: de witte LED op het Panel knippert
Dustbin
Indicator LED's
sensor
Dustbin
Indicator LED's
sensor
LightTower [signaalzuil] (optie)
Dustbin
sensor
Analog
output
Dustbin
Dustbin
Fan Pressure
sensor
Valves
Indicator LED's
sensor
sensor
1 2 3 4
Analog
Filter Pressure
Light tower
sensor
output
Analog
output
1 2 3
IN 1
BTN start/stop fan
IN 2
BTN lter cleaning
IN 3
Service mode switch
INBEDRIJFSTELLING
IN 4
Spare
Installatiewizard
.
13
Zie paragraaf 5.3 en 5.3.1 voor meer informatie
over de VFD (frequentieregelaar) en het
PID-setpoint.
Tik op het vraagteken op het touchscreen
voor uitgebreide uitleg over alle
instellingen.
Afzuigventilator
Fan Pressure
sensor
Fan Pressure
sensor
Analog
Filter Pressure
Fan Pressure
Digital input 1
sensor
Filter Pressure
sensor
Fan Pressure
Digital input
sensor
Digital input 1-5
RS485 VFD
CAN Slave
1 2 3 4
1 2 3 4 5 6 7
Digital input 6-12
CAN HMI
Kabel #22
Filter Pressure
sensor
1 2 3 4
1 2 3 4 5 6 7
[pag. 12]
IN 5
External start/st
IN 6
Fire alarm (Shie
IN 7
Sliding valve fe
IN 8
Sliding valve fe
√
√
√
?
Digital input 1-5
15
Digital input 1-5
Digital i
Digita