KBD IntuiKey-bedieningspanelen
1
Veiligheid
1.1
Belangrijke veiligheidsinstructies
Lees alle onderstaande veiligheidsinstructies, volg ze op, en bewaar ze zodat u ze ook in de
toekomst kunt raadplegen. Neem alle waarschuwingen op het apparaat en in de
gebruiksaanwijzing in acht alvorens het apparaat te gebruiken.
1.
2.
3.
4.
5.
6.
7.
8.
9.
10. Spanning uitschakelen - Apparatuur met of zonder aan/uit-schakelaar staat onder
Bosch Security Systems B.V.
Reinigen - Haal de stekker van het apparaat uit het stopcontact voordat u het apparaat
reinigt. Volg alle voorschriften die bij het apparaat worden geleverd. Normaal gesproken
volstaat reiniging met een droge doek. U kunt echter ook een vochtige pluisvrije doek of
leren zeemlap gebruiken. Gebruik geen vloeibare schoonmaakproducten of spuitbussen.
Warmtebronnen - Installeer dit apparaat niet in de buurt van warmtebronnen zoals
radiatoren, verwarmingen, ovens of andere apparaten die warmte genereren (zoals
versterkers).
Ventilatie - Eventuele openingen in het apparaat dienen voor ventilatie om oververhitting
te voorkomen en een betrouwbare werking te garanderen. Sluit deze openingen niet af
en houd ze vrij. Plaats dit apparaat niet in een behuizing tenzij er voldoende ventilatie
aanwezig is of de voorschriften van de fabrikant zijn aangehouden.
Water - Gebruik dit apparaat niet in de nabijheid van water, zoals bijvoorbeeld in de
buurt van een badkuip, spoelbak, fonteintje, wasmand, in een vochtige of natte kelder, in
de omgeving van een zwembad, in een buiteninstallatie of in elke omgeving die als
vochtige locatie wordt beschouwd. Stel het apparaat niet bloot aan regen of vocht, om
het risico van brand of elektrische schokken te vermijden.
Binnendringen van voorwerpen en vloeistoffen - Duw nooit voorwerpen door de
openingen van het apparaat omdat ze in aanraking kunnen komen met onder spanning
staande punten of kortsluiting kunnen veroorzaken. Dit kan brand of elektrische
schokken tot gevolg hebben. Mors geen vloeistof op het apparaat. Plaats geen met
vloeistof gevulde voorwerpen, zoals vazen of bekers, op het apparaat.
Onweer - Als extra beveiliging tegen onweer of als u het apparaat langere tijd niet
gebruikt, moet het netsnoer uit het stopcontact worden gehaald en moeten alle overige
kabels worden losgekoppeld. Zo voorkomt u bliksemschade en schade door
stroomstoten.
Instelling van bedieningselementen - Stel alleen de bedieningselementen in die volgens
de bedieningsvoorschriften mogen worden ingesteld. Bij onjuiste instelling van andere
bedieningselementen kan het apparaat beschadigd raken. Het gebruik van
bedieningselementen of instellingen, of het uitvoeren van handelingen, die niet in de
voorschriften zijn beschreven, kan leiden tot schadelijke blootstelling aan straling.
Overbelasting - Stopcontacten of verlengsnoeren mogen niet worden overbelast. Dit kan
brand of elektrische schokken veroorzaken.
Bescherming van netsnoer en stekker - Zorg ervoor dat bij de stopcontacten en het punt
waar de kabel het apparaat verlaat niet op de stekker en het netsnoer kan worden
gelopen en dat deze niet bekneld kan raken door voorwerpen die erop of ertegen worden
geplaatst. Als het apparaat op 230 VAC, 50 Hz, werkt, moeten de ingaande en uitgaande
netsnoeren voldoen aan de nieuwste versies van IEC-publicatie 227 of IEC-publicatie 245.
spanning zolang de stekker is aangesloten op de wandcontactdoos. De apparatuur is
uitsluitend in werking als de aan/uit-schakelaar in de stand AAN staat. Het netsnoer is de
"hoofdschakelaar" om de spanning van alle apparatuur uit te schakelen.
Installatiehandleiding
Veiligheid | nl
F.01U.115.019 | 1.92 | 2008.12
1