9
De transporthoogte van de
werktuigenbalk instellen
Geen onderdelen vereist
Procedure
1.
Zet de hefgreep in de transportstand (bovenste
inkeping).
2.
Draai de excentrische bout links- en rechtsom
tot de tanden van de werktuigenbalk parallel
zijn met de inkeping van de hefarm
en
Figuur
21).
Belangrijk:
Het is onmogelijk om de
excentrische bout 360 graden te draaien.
Als de bout stopt met draaien, probeer deze
dan niet verder te draaien. Dit kan namelijk
leiden tot beschadiging van de bout. In
plaats daarvan draait u de bout in de andere
richting.
Figuur 21
1. Gewenste stand, parallel
met inkeping in hefarm
3.
Draai de middelste draaibout (item 4 in
13) aan tot 20 à 25 N·m.
4.
Draai de moer waarmee de excentrische bout
bevestigd is vast, maar niet te vast.
5.
Test het werktuig.
(Figuur 17
g003486
2. Inkeping in hefarm
Figuur
10
De werktuigenbalk richten
Benodigde onderdelen voor deze stap:
1
Opvulstuk (onderdeelnr. 110-7379)
1
Opvulstuk (onderdeelnr. 110-7380)
1
Opvulstuk (onderdeelnr. 110-7381)
Procedure
Als de werktuigenbalk gemonteerd is en de
bevestigingen vastgedraaid, moet u de volgende
stappen uitvoeren om te controleren of de tanden van
de werktuigenbalk waterpas zijn:
1.
Parkeer de machine op een horizontaal
oppervlak.
2.
Controleer of de bandendruk in alle
banden juist en gelijk is. Raadpleeg de
Gebruikershandleiding voor meer informatie
over het controleren van de bandenspanning.
3.
Laat de werktuigenbalk zakken tot de tanden de
grond net raken.
4.
Als de tanden van de werktuigenbalk
gelijkmatig contact maken met de grond, is de
werktuigenbalk waterpas.
Opmerking:
kant van de werktuigenbalk eerder de grond
raken, moet u de werktuigenbalk richten. Richt
de werktuigenbalk aan de hand van deze
procedure.
5.
Meet de speling tussen de tanden en de grond
aan de kant die gericht moet worden. Gebruik
dan de volgende tabel om na te gaan welk
vulstuk u moet plaatsen.
Vulstuk (dikte)
110-7379 (0,0747")
110-7381 (1345")
110-7379 en 110-7381
(0,2094")
110-7380 (0,25")
110-7379 en 110-7380
(0,3247")
6.
Zet de bouten los waarmee de beugel van de
draaibuis bevestigd is om speling te verkrijgen
tussen het frame en de beugel van de draaibuis
(Figuur
22).
11
Als de tanden aan de ene
Verandering in tandhoogte
aan buitenrand
6 mm (⅛")
6 mm (¼")
⅜"
7/16"
9/16"