Algemene bediening · Elementstatus en -bediening
5.2 Elementstatus en -bediening
· Elementstatus en -bediening
Elementstatus opvragen
(Afhankelijk van de programmering en het machtigingsniveau)
AANWIJZING
Een elementnummer is tussen 1 en 65535. Als er van een elementtype slechts één element is,
hoeft geen elementnummer te worden ingevoerd.
Als een enkele detector binnen een detectorzone moet worden opgevraagd, moet naast het ele-
mentnummer ook het indicatiezone-nummer (gescheiden door een schuine streep) worden inge-
voerd. Het indicatiezone-nummer is het tweede nummer dat na het elementnummer wordt inge-
voerd en heeft een waarde tussen 0 en 254 (alleen mogelijk bij een lus).
N
Door op de toetsen
(afhankelijk van de programmering en het machtigingsniveau).
Detectorzones door op de toets Groep
n
Regelsystemen door op de toets Sturing
n
Aanvullende externe signaleringssystemen door op de toets Ingang
n
Alle andere elementtypen die niet kunnen worden geselecteerd met een van de hierboven genoemde
n
toetsen (bijvoorbeeld printer, batterij, enz.) door op de toets Andere Elementen
1. Druk op de toets van het elementtype
2. Voer het nummer van het te selecteren element in met de numerieke toetsen van het toetsenbord
3. Bevestig met de Enter-toets D.
u
Na het selecteren van een element wordt de huidige status van element weergegeven op het display.
Door op de toets Algemene Informatie
formatie over het element weergegeven.
Door op de toets Andere Opdrachten
weergegeven. Gebruik de bladertoetsen E/F om door alle items in de lijst te bladeren. Bevestig met de En-
ter-toets D.
Elementen uitschakelen/activeren
AANWIJZING
Vanaf softwareversie 8.0 is het mogelijk om detectoren uit te schakelen met tijdslimieten.
(Hiervoor moet een machtigingscode worden ingevoerd)
1. Druk op de toets van het elementtype
2. Voer het nummer van het te selecteren element in met de numerieke toetsen van het toetsenbord
3. Bevestig met de Enter-toets D.
u
Na het selecteren van een element wordt de huidige status van element weergegeven op het display.
Door op de toets Uitschakelen
n
Door op de toets Inschakelen
n
Door op de toets Activeren/Herstellen
n
hankelijk van de status.
18
Q
–
te drukken, wordt een lijst geselecteerd met de verschillende typen elementen
N
J
g
te drukken, wordt de lijst van alle beschikbare commando's
N
e
te drukken, wordt het element uitgeschakeld.
d
te drukken, wordt het element ingeschakeld.
Bedieningspaneel Integral MAP · Gebruikershandleiding · V 2.0
N
te drukken.
O
te drukken.
Q
–
.
or Extra Informatie
Q
–
.
f
te drukken, wordt een functie geactiveerd of gereset, af-
P
te drukken.
Q
te drukken.
Y
te drukken, wordt aanvullende in-
X
.
X
.
B-HB-0100NL